bestaat uit gangbare akkerbouwbedrijven. Dit zijn vaak grote bedrijven met veel grond.
B
Gewassen die buiten worden verbouwd.
C
een grote akker waar slechts 1 soort gewas wordt verbouwd.
D
een vorm van landbouw waarbij het milieu en het dierenwelzijn centraal staan.
Slide 10 - Quiz
Door landbouw verdwijnt de natuur. Welke soort natuur is het meest afgenomen?
A
half natuurlijk grasland
B
heide
C
moeras
D
bos
Slide 11 - Quiz
welke soorten landbouw zijn er in Nederland?
A
akkerbouw, veeteelt en tuinbouw
B
akkerbouw, veeteelt, tuinbouw en biologische landbouw
C
akkerbouw, veeteelt, tuinbouw en visserij
D
veeteelt, biologische landbouw, tuinbouw en visserij
Slide 12 - Quiz
Hier staan twee beweringen over biologische landbouw. 1 Biologische landbouw is beter voor het milieu dan de gangbare landbouw. 2 In de biologische landbouw is veel aandacht voor het welzijn van dieren.
Welke bewering(en) is (zijn) juist?
A
Bewering 1 is juist
B
Bewering 2 is juist
C
Beide beweringen zijn juist
D
Beide beweringen zijn onjuist
Slide 13 - Quiz
Vier landbouwmethoden in Nederland zijn de intensieve akkerbouw, de biologische landbouw, de intensieve veehouderij en de intensieve tuinbouw.
Voor welke van deze landbouwmethoden geldt dat de producten meestal iets duurder zijn dan de producten van de andere landbouwmethoden?
A
Voor de intensieve akkerbouw.
B
Voor de biologische landbouw.
C
Voor de intensieve veehouderij.
D
Voor de intensieve tuinbouw.
Slide 14 - Quiz
Wat betekent duurzaamheid eigenlijk?
A
dat iets een lange tijd kan meegaan
B
dat je de aarde niet uitput
C
dat in een gebied altijd iets kan blijven groeien
D
goede balans tussen geven en nemen uit de natuur
Slide 15 - Quiz
Hoe kun je zien of jouw stukje vis duurzaam is?
A
aan de schubben
B
aan de kieuwen
C
aan het keurmerk
D
aan de smaak
Slide 16 - Quiz
Hoe kunnen we duurzamer leven?
A
minder energie verbruiken
B
minder voedsel verbruiken
C
minder mensen
D
ons afval recyclen
Slide 17 - Quiz
voordeel van 'Recycling"
A
je hebt veel grondstoffen nodig
B
je kan het verbranden
C
het is niet duurzaam
D
besparen van energie bij het maken van apparaten
Slide 18 - Quiz
Volgende week Toets.
Zorg voor een werkende laptop.
Maak voor de extra punten de opdrachten af voor donderdag 20 uur
Pak dan je tas in en wacht nog even rustig op je eigen plek tot het tijd is. Laat je plek netjes achter, schuif je stoel aan en vergeet je mobiel niet.