Oorzakelijk en redengevend tekstverband 4 havo

Een inleiding kan verschillende functies hebben. Welke functie heeft de inleiding niet?
A
Het onderwerp introduceren
B
aandacht trekken
C
een korte samenvatting geven
D
een advies geven
1 / 14
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Een inleiding kan verschillende functies hebben. Welke functie heeft de inleiding niet?
A
Het onderwerp introduceren
B
aandacht trekken
C
een korte samenvatting geven
D
een advies geven

Slide 1 - Quiz

Wat wordt bedoeld met 'aanleiding van een tekst'?
A
Lezers aanraden om iets wel of niet te doen
B
De reden waarom iemand over een onderwerp schrijft
C
mensen zover krijgen dat ze jouw mening overnemen
D
De eerste alinea van een tekst

Slide 2 - Quiz

Wat is het verschil tussen een onderwerp en hoofdgedachte van een tekst?
A
onderwerp: samenvatting van de tekst hoofdgedachte: samenvatting van de tekst in één zin.
B
onderwerp: een à twee woorden hoofdgedachte: samenvatting van de tekst.
C
onderwerp: belangrijkste zin uit de tekst hoofdgedachte: belangrijkste zin uit de tekst
D
onderwerp: een à twee woorden hoofgedachte: samenvatting van de tekst in één zin.

Slide 3 - Quiz

Wat wordt er bedoeld met een kernzin?

Slide 4 - Open question

Noem twee signaalwoorden die een oorzaak-gevolg verband aangeven

Slide 5 - Open question

4. Wat zijn signaalwoorden oorzaak-gevolg ?
A
kortom, dus, daarom, al met al, samengevat
B
als(...dan), indien, tenzij, wanneer
C
daardoor, doordat, als gevolg van
D
maar, toch, echter, desondanks, aan de ene kant .... aan de andere kant, daar staat tegenover

Slide 6 - Quiz

Wat is een oorzaak-gevolg?
A
De koeien staan in de wei, maar de paarden nog niet.
B
De spits van Ajax krijgt de bal goed aangespeeld, waardoor hij scoort.
C
Hij staat een acht voor de vakken wiskunde en Engels.
D
De kleuren van de vlag zijn geel en blauw.

Slide 7 - Quiz

Wat is een oorzaak-gevolg-verband?
A
Er gebeurt iets waar je geen invloed op hebt.
B
Je kiest voor een bepaald gevolg.
C
Voordat je iets krijgt, moet je eerst ergens aan voldoen.
D
Je hebt iets ergs meegemaakt.

Slide 8 - Quiz

Messi heeft de Ballon d'Or gewonnen, dat houdt in dat hij de beste speler van 2021 is.
A
Redengevend tekstverband
B
Oorzakelijk tekstverband
C
Concluderend tekstverband
D
Chronologisch tekstverband

Slide 9 - Quiz

Omdat het glad is, ga ik lopend naar school. Tekstverband?
A
Concluderend tekstverband
B
Oorzakelijk tekstverband
C
Vergelijkend tekstverband
D
Redengevend tekstverband

Slide 10 - Quiz

Welk verband?
Indien hij zijn huiswerk heeft gemaakt, mag hij die onvoldoende herkansen.
A
tegenstelling
B
redengevend tekstverband
C
voorwaardelijk tekstverband
D
toelichtend tekstverband

Slide 11 - Quiz

In welk rijtje staan signaalwoorden voor een redengevend tekstverband?
A
omdat, daarom, vanwege, want
B
als, evenals, zoals, in vergelijking met
C
dus, daarom, kortom, al met al, het blijkt dat
D
doordat, daardoor, dat komt door, dankzij

Slide 12 - Quiz

Een samenvatting
A
Bestaat uit alle belangrijkste zinnen van de alinea's
B
Zijn alle voorbeelden en uitleg van de alinea's
C
Zijn alle bijzaken onder elkaar
D
Zijn alle deelonderwerpen onder elkaar

Slide 13 - Quiz

Wat hoort er niet thuis in een samenvatting?
A
argumenten
B
voorbeelden
C
signaalwoorden
D
hoofdgedachte

Slide 14 - Quiz