Les 7, H grammaire 2HV (07-10)

PLattegrond



Pak alvast je werkboek, schrift en etui!
1 / 36
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

PLattegrond



Pak alvast je werkboek, schrift en etui!

Slide 1 - Slide


Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.

Ga lezen in je Nederlands boek of steek je vinger op voor een woordzoeker.


Aujourd'hui, c'est lundi
2HV

Slide 2 - Slide

Le programme:
- Uitspraak + vocabulaire spel
- Huiswerk bespreken
- H, grammaire

Slide 3 - Slide

Les buts (leerdoelen):
- Aan het einde van de les heb je geoefend met de vocabulaire en gelet op de uitspraak
- Aan het einde van de les kun je het bezittelijk voornaamwoord gebruiken
- Aan het einde van de les kun je een mail over je vakantie schrijven


Slide 4 - Slide

Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?

Slide 5 - Slide

Uitspraak+vocabulaire spel:
Wat? Je krijgt 3 minuten om in totale stilte vocabulaire A te leren. Hierna gooit de docent een balletje naar een leerling en noemt hierbij een woord (in het Nederlands). De leerling die de bal krijgt noemt de Franse vertaling.

De uitspraak én de vertaling moet juist zijn (andere klasgenoten letten op of het juist is)
Goed? Andere leerling krijgt de beurt
Fout? Dezelfde leerling krijgt nog een woord
Ouvre le livre à la page ...
timer
3:00

Slide 6 - Slide

Huiswerk bespreken:
Ouvre le livre à la page ..

Pak een rode of groene pen, zodat je de opdrachten kunt nakijken.

Les devoirs = ex. 24AB, 25B, 26A

Slide 7 - Slide

H, grammaire
Ouvre le livre à la page ...

Slide 8 - Slide

Ouvre ton livre à la page quarante-six
We bestuderen samen grammaire H

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Aantekening
Schrijf het schema uit de video over het bezittelijk voornaamwoord over in je schrift

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Stappenplan voor het bezittelijk voornaamwoord:
Stap 1: Vertaal het zelfstandig naamwoord naar het Frans indien nodig
Stap 2: Is het meervoud?
Stap 3: Begint het zelfstandig naamwoord met een klinker of stomme 'h'?
Stap 4: Is het zelfstandig naamwoord mannelijk of vrouwelijk?




LET OP! In het Nederlands kijken we naar de bezitter, maar in het Frans kijken we naar het zelfstandig naamwoord.
Bijvoorbeeld: zijn huis = sa maison (want maison is vrouwelijk dus gebruik je ‘sa’)

Komt ook in studiewijzer

Slide 14 - Slide

Even oefenen...
Koppel je laptop met de LessonUp

Slide 15 - Slide

Welke drie vormen van het bezittelijk voornaamwoord heb je voor 'jouw'?
A
Mon ma mes
B
Son sa ses
C
Ton ta tes
D
Leur, leur, leurs

Slide 16 - Quiz

Kies het juiste bezittelijke voornaamwoord:
Mon / Ma / Mes père aime les fleurs.
A
Mon père
B
Ma père
C
Mes père

Slide 17 - Quiz

Kies het juiste bezittelijke voornaamwoord:
Ils jouent dans leur/ leurs jardin.
A
leur
B
leurs

Slide 18 - Quiz

Kies het juiste bezittelijke voornaamwoord:
Anna lit son / sa / ses livre (m ev).
A
son livre
B
sa livre
C
ses livre

Slide 19 - Quiz

Vul het ontbrekende woord in:
On est en vacances avec (onze) ...... chien Youpi
A
notre
B
nos

Slide 20 - Quiz

Vertaal:
mijn zus

Slide 21 - Open question

Vertaal:
haar cadeau

Slide 22 - Open question

Vertaal:
jullie auto's

Slide 23 - Open question

Zijn er nog vragen over het bezittelijk voornaamwoord?

Slide 24 - Slide

Klassikaal aan het werk:
Wat? Exercice 30D en 30E (blz. 47)

Slide 25 - Slide

Ga nu zelf aan het werk:
Wat? Exercice 31A en 31B
Op welke manier? Je maakt de opdracht voor jezelf in stilte
Hulp? Heb je vragen, steek je vinger op
Uitkomst? Na 5 minuten bespreken we de opdrachten
timer
5:00

Slide 26 - Slide

Aan de slag met het huiswerk:
- Wat? Exercice 33B 
- Klaar?  Leren voor het proefwerk van volgende week dinsdag (leerstof zie Magister)

Slide 27 - Slide

Tekstoriëntatie:
- Kijk naar de titel, inleiding en plaatjes... Waar gaat de tekst over?
- Klassikaal lezen we de tekst (leesbeurten)

Slide 28 - Slide

Vocabulaire F, uitspraak
  • Ouvre le livre à la page ...
  • Je hoort het audiofragment van vocabulaire F. Na elk woord zeg je het woord hardop na.

Slide 29 - Slide

Au travail:
Quoi (wat)? Fais exercice ...
Comment (hoe)? Individuellement ou ensemble en 2 (fluisteren)
Prêt (klaar)? Apprendre vocabulaire B (Slim stampen)

Slide 30 - Slide

Les devoirs (huiswerk):
- Faire: ...
- Apprendre: vocabulaire F (+ beluisteren audiofragment in Studiewijzer) + répéter vocabulaire E

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide