This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.
vrouwelijke de-woorden:
1. woorden voor vrouwelijke personen of dieren
2. abstracte woorden (je kunt het niet aanraken of vastpakken)
3. in de meeste gevallen wanneer het woord eindigt op: -heid, -nis, -ing, -schap, -de, -te, -ij, -st, -ie, -theek
Voorbeelden vrouwelijke woorden: bibliotheek, goedheid, kunst, gevangenis, regering, politie, gemeente
Je gebruikt wat als je verwijst naar:
- dat, datgene (dat wat, datgene wat)
- alles, iets, niets, het enige (alles wat, het enige wat)
- overtreffende trap (het mooiste wat, het gezondste wat)
- een hele zin (Jari sport vrijwel nooit, wat slecht is voor zijn conditie)