`extra Verwijswoorden H4- 1hv

Formuleren
verwijswoorden
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Formuleren
verwijswoorden

Slide 1 - Slide

Het schilderij heeft ..... plaats in het museum behouden.
A
zijn
B
haar

Slide 2 - Quiz

Als je een product koopt en .... gaat stuk, heb je recht op garantie
A
hij
B
zij
C
het

Slide 3 - Quiz

Heeft deze onderneming .... werknemers een bonus gegeven?
A
haar
B
zijn

Slide 4 - Quiz

Omdat het gebouw zo oud is, wordt .... gerepareerd.
A
hij
B
zij
C
het

Slide 5 - Quiz

Theorie

Slide 6 - Slide

Verwijswoorden
Een verwijswoord wijst terug naar een woord dat eerder genoemd is --> mannelijk/vrouwelijk/onzijdig

De-woorden: mannelijk of vrouwelijk (woordenboek!)
            hem/haar/zijn/deze/die    -      zij/ze/haar/deze/die
Het-woorden: onzijdig
             het/zijn/dit/dat

Slide 7 - Slide

Even oefenen

Slide 8 - Slide

Omdat de universiteit minder geld krijgt, neemt ...... minder studenten aan.
A
dit
B
deze

Slide 9 - Quiz

Ik heb in mijn tuin een vijver aangelegd, maar .... loopt nog steeds leeg.
A
hij
B
ze

Slide 10 - Quiz

Het boek ... ik laatst gelezen heb, vond ik erg leuk.
A
die
B
dat

Slide 11 - Quiz

De laptop was kapot en ... heb ik laten repareren.
A
die
B
dit

Slide 12 - Quiz

Wanneer dit aanbod je niet bevalt, kun je ..... beter niet accepteren.
A
hem
B
het

Slide 13 - Quiz