Gedichtenbundel

PO gedichtenbundel 


In groepjes van vier gaan jullie een gedichtenbundel maken 
De inleverdatum is ............... 2024. 
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

PO gedichtenbundel 


In groepjes van vier gaan jullie een gedichtenbundel maken 
De inleverdatum is ............... 2024. 

Slide 1 - Slide

De gedichtenbundel

Slide 2 - Slide

Kies een gedicht
Ga naar de site op de volgende dia en kies een gedicht dat jou aanspreekt.  

Vertel daarna (zachtjes pratend) aan je buurman/buurvrouw waarom jij dit gedicht hebt gekozen. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Opdracht
Je maakt in groepjes van vier jullie eigen bundel met gedichten en een kort verhaal. 

De dichtbundel bevat de volgende onderdelen:
  • 6 gekozen bestaande gedichten
  • 5 zelf geschreven gedichten (daarvan 2 haiku's, 1 stiftgedicht en 1 beeldgedicht)
  • 1 kort verhaal

Slide 5 - Slide

Lesopbouw
Nadat je zelf een aantal gedichten hebt gelezen gaan we zelf gedichten schrijven. 

We gaan eerst een aantal schrijfoefeningen doen (aangereikt door de docent tijdens de lessen) en vervolgens ga je zelf gedichten schrijven. 

Die gedichten verzamelen jullie in jullie eigen bundel: groepjes van vier. 

In de volgende dia's lees je wat de opdracht is. 

Slide 6 - Slide

Eisen
  • Van de zelfgekozen gedichten zijn er  2 gedichten van voor 1900.
  • Jullie kiezen 2 gedichten voor kinderen.
  • Jullie kiezen twee hedendaagse gedichten uit een bundel en niet van internet. De bundels liggen in 1.23
  • Vermeld van alle gedichten ook de bron. 
  • Zet boven de gedichten: "voor 1900" "hedendaags" en "kindergedicht".

Slide 7 - Slide

Uitleg bij gedichten
Van de gekozen gedichten vertel je het volgende:
  • Wie is de schrijver?
  • Waar gaat het gedicht over?
  • Wat vind je van het gedicht?
  • Wat valt je op aan het gedicht? Denk aan bijvoorbeeld rijm of niet/opvallende woorden/taalgebruik/strofen, stijlfiguren. De theorie hierover staat in een aparte LessonUp die de docent met jullie deelt. 
  • Schrijf bij ieder gedicht minimaal 150 woorden. 
  • Je plaatst eerst de 2 gedichten van voor 1900 en daarna je gedichten voor kinderen. Dan volgt de rest van je gedichten. Als laatste voeg je het korte verhaal toe. 

Slide 8 - Slide

Zelf schrijven
Schrijf vier gedichten:
  • Minstens 2 van jullie eigen gedichten bevatten rijm en minstens 2 van jullie gedichten bevatten geen rijm. 
  • Maak gebruik van minstens 1 stijlfiguur, zoals een vergelijking, metafoor of personificatie en geef aan waar je die hebt toegepast. De theorie hiervan staat in een aparte LessonUp die de docent met jullie deelt.
  • Voeg in ieder geval een beeldgedicht, een stiftgedicht en twee haiku's toe. 

Slide 9 - Slide

Uitleg
Schrijf verder bij ieder zelf geschreven gedicht het volgende op:
  • Waar gaat je gedicht over
  • Wat kun je zeggen over de vorm: strofen/rijm 
  • Ben je tevreden over je gedicht?

Maak jullie bundel zo mooi mogelijk, dus les ook op het uiterlijk. Maak er een mooi werkstuk van. Wees creatief! Verderop in deze LessonUp zie je een aantal voorbeelden van gedichten met uitwerking. 

Slide 10 - Slide

Gedichtenbundel

Slide 11 - Slide