Toetsbespreking V6 ges T2 2022-2023

Toetsbespreking T2
In deze presentatie staan voorbeelden van (mogelijke) goede antwoorden gegeven door klasgenoten.
1 / 28
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 28 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Toetsbespreking T2
In deze presentatie staan voorbeelden van (mogelijke) goede antwoorden gegeven door klasgenoten.

Slide 1 - Slide

pak er bij
Het formulier voor de toetsanalyse

Slide 2 - Slide

toelichting op het nakijken
een V betekent dat er iets ontbreekt

ja en..., want...., dus.., er is geen afdoende toelichting gegeven

een punt met een golfje erachter wil zeggen dat het een twijfel antwoord is dat op het examen fout gerekend zal worden

Alleen de punten in een kringetje voor de opgave moet je optellen!

Slide 3 - Slide

vraag 1          max. 2p
1.  macht komen communisten TV 9 II (1917)
2. 2e industriële revolutie TV 8
3. pearl harbour TV 9 IIII (1941)
4. loopgraven TV 9 I (1914 --> eerste kerst!)
5. troepen Napoleon TV 7
6. DDR  TV 9 IV (na 1949)
5,2,4,1,3,6

Slide 4 - Slide

VRAAG 2        max.  3p
1. Dit gegeven droeg bij aan de industriële revolutie, want het gebruik van stoommachines was een nieuwe technische ontwikkeling die er ook voor zorgde dat de industriële revolutie tot stand kwam. Het zorgde voor de mogelijkheid om sneller te produceren en dit was een aanleiding voor de industriële revolutie.
2. Dit gegeven droeg bij aan de industriële revolutie omdat deze huisjes door fabrikanten werden gebouwd voorde arbeiders. Er waren er veel arbeiders nodig in de fabrieken en deze kregen een verblijf bij de fabrieken,waardoor er zoveel mogelijk gewerkt kon worden.
3. Dit gegeven droeg bij aan de industriële revolutie, omdat door het spoorwegennet was het makkelijker om van plek naar plek te verplaatsen. Het was een nieuwe ontwikkeling waardoor grondstoffen van producten sneller van plek naar plek kwamen en er kon door deze ontwikkeling sneller geproduceerd worden.

Slide 5 - Slide

vraag 3              max 2p
Deze tegenstelling was dat in de grondwet van 1848 de burgers meer rechten kregen en de macht van de Koning werd beperkt, doordat bijvoorbeeld ministers nu verantwoordelijk waren voor de keuzes van de Koning, zoals dat vandaag in onze democratie ook het geval is. Echter was de grondwet geen volledige overgang naar de democratie zoals wij die nu kennen, want Nederlandse mannen kregen censuskiesrecht, waardoor niet iedereen kon stemmen, alleen als je een bepaalde som geld betaalde. Dit is in onze democratie niet zo, want nu hebben we het algemeen kiesrecht, ook voor vrouwen, wat na de grondwet van 1848 ook nog niet zo was. De grondwet was dus geen volledige overgang naar de democratie zoals wij die nu kennen.

Slide 6 - Slide

vraag 4                max 4p
- De bijdrage van Cremer past perfect bij het KA, omdat in de bron is te lezen hoe slecht de omstandigheden wel niet waren: 'Saartje is ziek, haar hoofd bonkt en ze heeft koorts, maar ze mag niet thuisblijven.' Dit laat zien dat een klein meisje terwijl ze ziek is, alsnog heel vroeg naar de fabriek moet om te werken en Cremer heeft dit juist geschreven om aandacht te vragen voor dit onderwerp en discussies over de sociale kwestie als gevolg hadden.
- Ook past het bij het KA, omdat Cremer zelf een rijk persoon was die naar school kon en niet in de fabriek hoefde te werken en dus kon hij, door het volgen van school, een soort emancipatiebeweging starten en het aandacht vragen voor de verschrikkelijke omstandigheden van de kinderen in de fabrieken.

Slide 7 - Slide

vraag 5          max 4p
White men's burden was een belang. Westerse landen wouden beschaving meegeven aan de 'onderwaardige'
afrikaanse volkeren. 'namelijk dat de inheemse bevolking van Afrika zich kan aansluiten bij de beschaving.
Ook is er een economisch motief, zo hadden zij een grotere afzetmarkt en meer handelsposten in het buitenland.
'garandeert dat zij zullen samenwerken bij de opgave de handelsbetrekkingen met dit deel van de wereld te
regelen.'

Slide 8 - Slide

Vraag 6 deel I      max 1p
- Bewering 1: Er was sprake van continuiteit op het politieke vlak tijdens de regeerperioden van de tsaar, Lenin
en Stalin. Alle 3 de leiders regeerde namelijk met een harde hand, de bevolking van Rusland had weinig tot geen
inspraak in de politiek. Grotendeel van het leven van de bevolking werd bepaald door de leiders. Er was dus
sprake van continuiteit.

Slide 9 - Slide

Vraag 6 deel II     max 1p
-Bewering 2: Er was sprake van verandering op economisch vlak tijdens de regeerperioden van de tsaar, Lenin
en Stalin. Rusland liep erg achter op industrieel gebied tijdens de regeerperiode van de Tsaar en grotendeel van
de bevolking was werkzaam op het land
. Tijdens de regeerperiode van Lenin kwam daar veradering in en kwam
de industrialisatie wat meer op gang, er werd een 5 jaren plan opgesteld en boederijen werden samengevoegd tot
kolchozen. Er was ook geen sprake meer van eigenbezit (in tegenstelling tot de regeerperiode van de Tsaar) want
alles was van de staat. Tijdens de regeerperiode van Stalin vond er nog meer verandering plaats op economisch
gebied, er werd alles aan gedaan om de achterstand op het westen in te halen op gebied van de industrialisatie.
De economie verbeeterde ten opzichte van de regeerperiode van de Tsaar en Lenin.

Slide 10 - Slide

vraag 7 deel I       max 2p
1. de opkomst van politiek-maatschappelijk bewegingen: nationalisme, liberalisme, socialisme,
confessionalisme en feminisme. dit gegeven heeft betrekking op het feminisme. Eleanor zat namelijk op een
school die speciaal was opgericht om meisjes op te laten groeien tot onafhankelijke vrouwen. dit is een
voorbeeld van feminisme, omdat er wordt opgekomen voor de vrouwen.
2. de rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie. Eleanor had
namelijk een eigen radioschow. dit is een vorm van een modern communicatiemiddel.

Slide 11 - Slide

vraag 7 deel II      max 1p
3. de crisis van het wereldkapitalisme. Eleanor hielp namelijk met haar kookboek arme huisvrouwen die door de
beurskrach weinig geld hadden voor fatsoenlijke maaltijden
. deze beurskrach was de aanleiding tot het de crisis
van het wereldkapitalisme. door de beurskrach in de VS, stortte namelijk daar, maar ook in andere delen van de
wereld, de economie in. de VS had namelijk ook geld geleend aan andere landen, die door de beurskrach nu ook
in de problemen kwamen.

Slide 12 - Slide

vraag 8          max 2p
het maatschappelijk sentiment uit de bron is het Nationalisme, het streven naar een zo groot mogelijk rijk. In de
bron was dit in de vorm van kolonies, dit droeg bij aan het uitbreken van de eerste wereldoorlog omdat door dit
Nationalisme veel landen het grootste wilden worden, dit zorgde voor spanningen tussen landen die bijdroegen
aan het ontstaan van de eerste wereldoorlog.

Slide 13 - Slide

vraag 9        max 2p
- Een begrip dat past bij de situatie in de bron; totale oorlog. Het begrip totale oorlog past bij de bron, omdat uit
de bron blijkt dat de gehele bevolking betrokken was en beïnvloedt werd door de oorlog. Dit blijkt uit de
beschrijvingen in de bron "alles en alles, gaf ons de indruk dat van een volk dat aan uitputting ijdt en zijn laatste
krachten verbruikt." Ook de beschrijvingen die gegeven worden over de Berlijnse straten laten zien dat de
burgers ook zwaar onder de oorlog lijden.
- Het voeren van twee wereldoorlogen; In de bron wordt een weergave gegeven van de burgerbevolking ten tijde
van de eerste wereldoorlog
, die lang duurde met veel soldaten en burgerslachtoffers.

Slide 14 - Slide

vraag 10   max 3p
- De bron vertoont het doel van de KPD, om de regering communistisch te maken, door een rode vlag op het gebouw van de regering te plaatsen. Dit wil de KPD doen (op dezelfde manier als Spartacus in de tijd van de Romeinen) door een revolutie te beginnen, waardoor Duitsland communistisch zou worden.
- De poster is ook in tegenspraak met het doel van een revolutie, omdat het een verkiezingsposter is. De KPD wilde aan de macht komen via het democratische proces, wat niet lijkt op de revolutie.
- De KPD was toch genoodzaakt om deze poster te maken, omdat er te weinig aanhang was om een revolutie te beginnen. Aan de macht komen moest dus wel via een democratisch proces van verkiezingen.

Slide 15 - Slide

vraag 11  deel 1  max 3p
- De tekenaar verwacht niet veel van het kanselierschap van Hitler, hij denkt dat Hitler niet zoveel zal uitvoeren.
Hitler wordt in de bron afgebeeld als een klein mannetje, met cowboy laarsjes, die als een klein ventje op
avontuur gaat met z'n "Nazi-theorieën" marcheert om Duitsland te leiden en dat de vrouw die Duitsland
symboliseert hem tegenhoudt door hem vast te ketenen aan een sloopbal.
Hitler is door vrouwe Duitsland vastgeketend aan een sloopbal waarop staat "Fijne veilige conservatieve
controles." Hitler zal zijn ideologie volgens de tekenaar niet door kunnen voeren omdat hij geketend is aan de
conservatieve controle.

Slide 16 - Slide

vraag 11  deel 2  max 2p
- In 1933 vond de rijskdagbrand plaats, hierdoor kon Hitler alle communistische politieke rivalen uit de weg
ruimen en het maakte de weg vrij naar de volgende gebeurtenis, namelijk de machtigingswet, hiermee kreeg
Hitler de macht om buiten de grondwet te opereren en feitelijk had dit als gevolg dat Hitler een dictator werd. De
verwachtingen van de tekenaar zijn niet uitgekomen, Hitler kreeg de volledige macht over Duitsland en werd
niet tegengehouden door de "conservatieve controle".

Slide 17 - Slide

vraag 12             max 2p
De Duitse autoriteiten kiezen voor deze aanpak, omdat ze er door het isoleren van de Joodse bevolking voor
zorgen dat de rest van de bevolking minder doorheeft wat er gaande is en de kans op sociale onrust dus ook
kleiner wordt.
Dit kan bijvoorbeeld te maken hebben met de Februaristaking in 1941, die onder andere ontstond
omdat mensen boos waren over het oppakken van Joden tijdens de eerste razzia's. Als de Joodse bevolking
geïsoleerd is hebben mensen minder door wat er met hen gebeurt en geven ze er mogelijk ook minder om. Deze
isolatie begon in 1942, omdat de Wannseeconferentie toen geweest was en er dus was besloten om de Joden
systematisch te vermoorden. Om hun plan in werking te kunnen stellen, begonnen ze dus met de isolatie.

Slide 18 - Slide

vraag 13  max 3p
-verwoesting op niet eerder getoonde schaal door massavernietigingswapens en betrokkenheid van de
burgerbevolking in de oorlogvoering. dit kenmerkend aspect past bij dit bombardement in de twintigste eeuw omdat er heel veel grote bommen, dus massavernietigingswapens, werden gegooid en veel slachtoffers waren
gevallen bij dit bombardement, wat de betrokkenheid van de burgers liet zien in de oorlogsvoering
.
-de Duitse bezetters maakte gebruik van deze Amerikaanse aanval door te laten zien aan de Nederlandse
bevolking hoe gevaarlijk,slecht en onbetrouwbaar de Amerikanen waren. ze probeerden zo de vijandigheid voor
de tegenstanders van Duitsland aan te wakkeren
bij de Nederlanders en Nederlanders aan hun kant te krijgen.

Slide 19 - Slide

vraag 14           max 2p
1. Kristallnacht (1938)
2. aftreden Duitse keizer (1918)
3. massaal ombrengen Joden in Rusland (1941)
4. opstand DDR (1953)
5. Rijksdagbrand (1933)
6. Bismarck (tot 1890)
6, 2, 5, 1, 3, 4

Slide 20 - Slide

vraag 15     deel 1            max 1p
- Een economische reden voor het verstrekken van Marshallhulp door de Amerikanen, is het feit dat alle landen
hierdoor weer welvarender werden en de economie overal weer op gang kwam
. Dit is voor Amerika natuurlijk ook hartstikke voordelig, want dit zou weer zorgen voor goede handel en zo werden zij dus ook weer
economisch gestimuleerd.

Slide 21 - Slide

vraag 15 deel 2   max 1p
- Een politieke reden voor het verstrekken van Marshallhulp door de Amerikanen, is het feit dat de Amerikanen
heel bang waren voor de Sovjet-Unie, ze waren bang dat de Sovjet-Unie heel de wereld communistisch zou
maken
. Ze wilden met deze hulp zorgen dat de landen weer stabiel werden en het daarom niet nodig zou zijn om
aan te sluiten bij de communisten
(want de landen waren zelf sterk genoeg)

Slide 22 - Slide

vraag 16     deel 1     max 2p
- Ulbricht streeft een communistische staat na, want in de bron staat dat en moest meehelpen een eind te maken
aan uitbuiting
van de ene mens door de andere. Iedereen moest dus gelijk zijn en elkaar niet uitbuiten. Gelijkheid
was een van de uitgangspunten van communisme en de communisten waren dus ook tegen uitbuiting.

Slide 23 - Slide

vraag 16     deel 2     max 2p
- In de DDR was sprake van het opbouwen van een totalitair regime, want in de bron zie je dat Ulbricht het gedrag van de inwoners wil contorleren. Zo staat in de bron dat men hun kinderen in de geest van de vrede van het socialisme moest opvoeden tot veelzijdig gevormde karaktervolle en lichamelijk geharde mensen. Zo werd dus het gedrag van de inwoners gecontroleerd en was er dus sprake van een totalitar regime.

Slide 24 - Slide

vraag 17     deel 1     max 1p
- in de bron staat dat West-Duitsland zich aan het voorbereiden was op een burgeroorlog en hiervoor mensen uit
de DDR zou overhalen om aan hun kant te vechten. Ze bouwden dus de muur voor de eigen veiligheid van de
inwoners van de DDR.

Slide 25 - Slide

vraag 17     deel 2     max 1p
- het daadwerkelijke motief was dat de economie in de DDR niet optimaal verliep. In de BRD daarentegen was
er sprake van grote economische bloei. Mensen vertrokken dus naar het westen, maar dit was niet goed voor de
economie in de DDR zelf. Dus besloten ze de grens af te sluiten, zodat mensen niet meer konden vertrekken. Dit
kwam dus helemaal niet overeen met het motief van de DDR-regering

Slide 26 - Slide

vraag 17     deel 3     max 1p
– Deze verklaring was meer gericht op het eigen volk omdat de DDR-regering niet kon zeggen dat mensen uit het land vluchtten want dat zou gezichtsverlies zijn

Slide 27 - Slide

vraag 18     deel 3     max 1p
A fragment 4 (Jalta → verplaatsing Duitse bevolkingen)
B fragment 1 (atoombom → einde WO2)
C fragment 3 (hyperinflatie → biljetten...niets meer waard)
D fragment 2 (nazificatie & militarisme → marcheer mee)

Slide 28 - Slide