Ontdek schaduwen!

Ontdek schaduwen!

Wat weet je al over schaduw?

Wat is schaduw?

Schaduw ontstaat wanneer een object het licht blokkeert. 

Schaduw is het donkere gebied achter het object.

Leg uit wat schaduw is en waar het door wordt veroorzaakt.

Opdrachten met schaduw

Bedenk een opdracht waarbij je schaduwen kunt gebruiken. Bijvoorbeeld: Maak een tekening met schaduwen.

Stimuleer de leerlingen om creatieve opdrachten te bedenken waarbij ze schaduwen kunnen gebruiken.

Technieken en materiaal

Er zijn verschillende technieken om met schaduw te werken, zoals het gebruik van potloden, krijt of zelfs je handen. Experimenteer met verschillende materialen en ontdek wat het beste werkt voor jou.

Laat de leerlingen kennismaken met verschillende technieken en materialen die ze kunnen gebruiken bij het werken met schaduw.

Silhouetten maken

Maak een silhouet van een object door het op papier te plaatsen en eromheen te tekenen. Knip het uit en plak het op een andere achtergrond.

Laat de leerlingen zien hoe ze een silhouet kunnen maken en laat ze experimenteren met verschillende achtergronden.

Schaduwpoppen maken

Maak schaduwpoppen door figuren uit te knippen en deze op stokjes te bevestigen. Laat het figuur een schaduw werpen op een wit scherm of muur.

Laat de leerlingen zien hoe ze schaduwpoppen kunnen maken en laat ze experimenteren met het creëren van verschillende figuren.

Schaduwtheater

Maak je eigen schaduwtheater met behulp van een doos, lamp en transparant papier. Bedenk een verhaal en laat de schaduwen de personages uitbeelden.

Leg uit hoe de leerlingen hun eigen schaduwtheater kunnen maken en moedig ze aan om creatieve verhalen te bedenken.

Samenvatting

Je hebt geleerd wat schaduw is, opdrachten bedacht met schaduw, verschillende technieken en materialen ontdekt. Nu ben je klaar om zelf aan de slag te gaan!

Vat de belangrijkste punten van de les samen en moedig de leerlingen aan om zelf met schaduwen aan de slag te gaan.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.