1. Welke uitspraak over de persoonsvorm is waar? (1p)
A Om de persoonsvorm te vinden kun je het getal van de zin veranderen. Het
werkwoord dat niet verandert, is de persoonsvorm.
B Om de persoonsvorm te vinden kun je de zin in een andere tijd zetten. Het
werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.
C Om de persoonsvorm te vinden kun je elke zin vragend maken. Het eerste
woord in de zin is dan de persoonsvorm.