Lezen - oefenen blokjesschema's - tekst lezen - oefenen met argumenten uit de tekst analyseren
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
This lesson contains 22 slides, with text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
H3 Lezen
Liedtekst
Lezen - oefenen blokjesschema's - tekst lezen - oefenen met argumenten uit de tekst analyseren
Slide 1 - Slide
Liedtekst
Claudia de Breij
Mag ik dan bij jou
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Terugblik
Argumentatie analyseren in een blokjesschema.
Slide 4 - Slide
Terugblik
Vraag 1 Wat voor soort argumentatie zie je hier? A Nevenschikkende argumentatie
B Onderschikkende argumentatie
Slide 5 - Slide
Terugblik
Vraag 2 Wat voor soort argumentatie zie je hier? A Nevenschikkende argumentatie
B Onderschikkende argumentatie
Slide 6 - Slide
Terugblik
Vraag 3 Kan je nevenschikkende en onderschikkende argumentatie ook combineren?
A ja B nee
Slide 7 - Slide
Terugblik
Vraag 4 Hoeveel argumenten heeft deze argumentatiestructuur?
Slide 8 - Slide
Terugblik
Vraag 5 duo-opdracht Vul onderstaande structuur logisch in. Je hebt 5 min.
timer
5:00
De deadline van de opdracht moet een week worden verplaatst
Slide 9 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Slide 10 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Alinea 1 Vraag 6
- Onderstreep het standpunt van auteur. - Zet een cirkel om het signaalwoord dat je helpt bij het vinden van het standpunt.
Slide 11 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Alinea 2 Vraag 7 (argument 1)
Vul op basis van alinea 2 het blokjesschema in bij vraag 7
Slide 12 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Alinea 2 Vraag 7
Vul het blokjesschema in bij vraag 7
Slide 13 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Vraag 8
Argument 1: jongeren hoeven helemaal niet te worden betrokken bij de samenleving. Onderstreep de andere argumenten (in totaal vier argumenten)
2. De sociale dienstplicht kost veel geld. (alinea 3, signaalwoord: verder)
3. De kans is groot dat veel jongeren worden opgezadeld met werk dat totaal niet aansluit bij hun interesses, waardoor ze hun motivatie verliezen. (alinea 4)
4. Het leger, andere organisaties en zorginstellingen zitten niet echt op hulptroepen in het kader van de sociale dienstplicht te wachten – en al helemaal niet als die ook nog eens ongemotiveerd zijn. (alinea 5)
Slide 14 - Slide
Tegenargument en weerlegging (alinea 6 en verder)
Vraag 9
- Wat is het eerste tegenargument? Onderstreep dit. - Waar wordt het tegenargument door ondersteunt? Zet tussen haakjes. (Het zijn twee argumenten)
- Met welke zin ontkracht de auteur dit tegenargument? Onderstreep dit. Vraag 10 - Wat is het tekstverband tussen alinea 6 en 7?
(zie blz. 254, 255 voor de tekstverbanden) Kies uit: chronologisch, concluderend, doel-middel, oorzakelijk, redengevend, samenvattend, toelichtend, vergelijkend) Klaar? Kijk opdr. 1 blz. 113 na Ga verder met het huiswerk > Maak opdr. 4 blz. 116 (vraag 1, 4, 6, 8 en 10 t/m 17)
timer
10:00
Slide 15 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Vraag 9
Wat is het eerste tegenargument?
De sociale dienstplicht heeft gunstige effecten. (alinea 6)
Waar wordt dit argument door ondersteund?
Slide 16 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Vraag 9
Wat is het eerste tegenargument?
De sociale dienstplicht heeft gunstige effecten. (alinea 6)
Waar wordt dit argument door ondersteund?
- jongeren ontwikkelen meer sociale vaardigheden
- ze krijgen meer oog voor hun omgeving
Slide 17 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Vraag 9
Wat is het eerste tegenargument?
De sociale dienstplicht heeft gunstige effecten. (alinea 6)
Met welke zin ontkracht de auteur dit tegenargument?
Slide 18 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Vraag 9
Wat is het eerste tegenargument?
De sociale dienstplicht heeft gunstige effecten. (alinea 6)
Met welke zin ontkracht de auteur dit tegenargument?
Hier is echter geen enkel bewijs voor [...] bij de samenleving.
Slide 19 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Vraag 10
Wat is het verband tussen alinea 6 en 7? (zie blz. 254, 255)
chronologisch
concluderend
doel-middel
oorzakelijk
redengevend
samenvattend
toelichtend
vergelijkend
Slide 20 - Slide
Lezen tekst 2 Sociale dienstplicht? Weg ermee!
Vraag 10
Wat is het verband tussen alinea 6 en 7? (zie blz. 254, 255)
opsommend
Dat zie je aan 'een ander argument van voorstanders'.
Slide 21 - Slide
Rustig verder werken
Klaar? Kijk opdr. 1 blz. 113 na
Ga verder met het huiswerk > Maak opdr. 4 blz. 116 (Alleen vraag 1, 4, 6, 8 en 10 t/m 17)