Ontdekken wat je nog weet van communisme en fascisme
kenmerken van nazisme leren herkenen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3
This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Amerika
opfrisser communisme en fascisme
Doel van deze les:
Ontdekken wat je nog weet van communisme en fascisme
kenmerken van nazisme leren herkenen
Slide 1 - Slide
In deze les:
Inchecken
les van mevrouw Elias
Quiz met herhaling
Wat te maken.
afsluitende vraag.
Slide 2 - Slide
Fascisme
Communisme
Nationaal socialisme
Parlementaire Democratie
Slide 3 - Slide
Welk begrip past niet bij de Sovjet-Unie?
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Communisme
D
Planeconomie
Slide 4 - Quiz
'Door de ingevoerde Planeconomie van Stalin ging het economisch beter met de Sovjet Unie'
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quiz
De bedenker van communisme was?
A
Marx
B
Lenin
C
Stalin
D
Troski
Slide 6 - Quiz
Gelijkheid is een kenmerk bij ...
A
Fascisme
B
Communisme
Slide 7 - Quiz
Welk woord weg?
A
Communisme
B
Fascisme
C
Anti-semitisme
D
Nationaal-socialisme
Slide 8 - Quiz
Welk kenmerk hoort niet bij het Facisme?
A
Democratisch bestuur
B
Nationalisme
C
Persoonsverheerlijking
D
Geweld
Slide 9 - Quiz
Stalin ontwikkelde de Sovjeteconomie met een ............................................. Alle boeren moesten samenwerken in een ........................ . Het doel van deze ................................ was een grotere landbouwproductie. Die was nodig doordat de stadsbevolking groeide door de .............................................. Het verzet van boeren leidde tot de dood van miljoenen onderdanen door ................... en .......................................... Onder Stalin werd de SU een totalitaire ................................... Hij liet miljoenen onderdanen deporteren naar .......................... Het ........................... was een variant van het communisme met extreme ....................................... en extreme ..................................................... van een politiek leider.
collectivisatie
goelags
dictatuur
hongersnood
industrialisatie
kolchoz
onderdrukking
persoonsverheerlijking
planeconomie
Stalinisme
terreur
Slide 10 - Drag question
NEP
Duce
man van staal
Fascisme
Slide 11 - Drag question
Maak de juiste combinaties
het idee dat je eigen ‘ras’ (soort) beter is dan andere ‘rassen’.
manier van denken van mensen die het leger heel erg belangrijk vinden
zeer nationalistische, anti democratische en totalitaire politieke beweging
zeer nationalistische, anti democratische, totalitaire en racistische politieke beweging
Fascisme
militairisme
racisme
nationaalsocialisme
Slide 12 - Drag question
Mussolini
Hitler
Italië
Duitsland
Nationaal-socialisme
Fascisme
Slide 13 - Drag question
Hitler
Stalin
Beiden
censuur
Communisme
Ongelijkheid
Duitsland
Rusland
Verkiezingen winnen
plan economie
Strafkampen
persoonsverheerlijking
Slide 14 - Drag question
Deze leider denkt en beslist voor het hele volk. (het leidersbeginsel)
De partij- controleert alles in de samenleving, school, krant radio, film, (sport) clubs enz.
Het fascisme verheerlijkt de daad van geweld.
Het fascisme is nationalistisch.
Slide 15 - Drag question
Deze leider denkt en beslist voor het hele volk. (het leidersbeginsel)
De partij- controleert alles in de samenleving, school, krant radio, film, (sport) clubs enz.
Het fascisme verheerlijkt de daad van geweld.
Vrouwen zijn minder, ze moeten kinderen baren en voor het gezin te zorgen.