K5: les 2+3

Biologie
Mevr. Zwijns
zwn@sgdc.nl
1 / 31
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Biologie
Mevr. Zwijns
zwn@sgdc.nl

Slide 1 - Slide

de regels
Actief meedoen met de les
Op je telefoon
Luisteren en respect hebben naar elkaar 
Door de uitleg heen praten

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Door de yoghurt bij de melk te doen kunnen de bacteriën uit de yoghurt:
A
doodgaan
B
zich vermeerderen door te delen
C
zich voortplanten met zaadjes

Slide 4 - Quiz

bacterien zijn
A
eencellig
B
meercellig

Slide 5 - Quiz

Op de huid bevinden zich bacteriën
die je beschermen tegen ziekmakende bacteriën
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Bacterie
Schimmel
celkern

Slide 7 - Drag question

Nuttige eigenschap van schimmels
Vervelende eigenschap van schimmels

Slide 8 - Drag question

Wat gaan we deze les doen?
  • K5: schimmels en bacteriën
  • les 2 + les 3
  • huiswerk bespreken
  • uitleg
  • opdrachten maken
  • practicum

Slide 9 - Slide

Huiswerk bespreken
Wat was er lastig?

- maak de 'wat heb je onthouden' vragen bij 1.2 en 3.2
- maak de examenvragen bij 1.4 en 3.4

Slide 10 - Slide

K5: schimmels en bacteriën

Slide 11 - Slide

Bacteriën en schimmels kunnen nuttig worden gemaakt  --> biotechnologie


Biotechnologie organismen aanpassen voor dingen die de mens belangrijk, nuttig of lekker vindt. 

Met biotechnologie kunnen bijvoorbeeld medicijnen, voedsel of nieuwe stoffen worden gemaakt. 

Slide 12 - Slide

Klassieke biotechnologie:
het hele organisme wordt gebruikt
Moderne biotechnologie:
een deel, het DNA, van een organisme wordt gebruikt

wordt ook wel genetische modificatie genoemd

Slide 13 - Slide

Chromosoom - DNA - Gen

Slide 14 - Slide

Schadelijke schimmels en bacteriën bederven voedsel

Slide 15 - Slide

Schrijf op in je aantekenschrift: 
- wat is conserveren?
- wat zijn de 8 verschillende manieren van conserveren?

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Conserveren 
conserveren = voorkomen van voedselbederf 

8 verschillende manieren 


Slide 18 - Slide

1. Pasteuriseren 
Bij pasteuriseren worden de bacteriën en schimmels bestreden met temperatuur.

Bij pasteuriseren (70 graden Celsius) gaan de meeste sporen dood.


Slide 19 - Slide

2. Steriliseren 
Bij steriliseren worden de bacteriën en schimmels bestreden met temperatuur.

Bij steriliseren (120 graden Celsius) gaan ze allemaal dood.

Slide 20 - Slide

3. Drogen
Bacteriën en schimmels kunnen alleen voortplanten als er vocht is.

Door voedingsmiddelen te drogen, kunnen de sporen niet groeien.

Slide 21 - Slide

4. Invriezen 
Bacteriën en schimmels kunnen niet voortplanten onder nul graden Celsius, dus invriezen verhindert bederven.

Bij invriezen gaan bacteriën niet dood, ze komen wel in een soort van slaap.

Slide 22 - Slide

5. Vacuüm verpakken
Veel bacteriën en schimmels kun je doden door zuurstof weg te halen (vacuüm verpakken).

Omdat er ook bacteriën zijn die zonder zuurstof kunnen voortplanten, wordt vacuüm verpakken vaak gecombineerd met steriliseren.

Slide 23 - Slide

6. conserveermiddelen
Er zijn allerlei stoffen die bacteriën en schimmels doden, zoals suiker of zuur.

Conserveringsmiddelen met een E-nummer zijn chemische stoffen die speciaal hiervoor bedoeld zijn.

Slide 24 - Slide

7. Roken
Bacteriën en schimmels kunnen alleen voortplanten als er vocht is.

Door voedingsmiddelen te roken, worden ze gedroogd en kunnen de sporen niet groeien.

Slide 25 - Slide

8. Zouten 
Bacteriën en schimmels kunnen alleen voortplanten als er vocht is.

Door voedingsmiddelen te pekelen (zouten), worden ze gedroogd en kunnen de sporen niet groeien.




Slide 26 - Slide

Proefje/experiment
  • Wat: Uitgeprinte opdracht
  • Wie: in tweetallen
  • Hoe lang: 30 minuten 
Klaar?
  • Opruimen 
  • Wat heb je onthouden K5 les 2 (classroom)
timer
1:00

Slide 27 - Slide

Weet jij het?
• Je kunt (met behulp van voorbeelden) omschrijven hoe voedselbederf door schimmels en bacteriën kan worden tegengegaan.
• Je kunt beschrijven wat biotechniek is en waarvoor het wordt ingezet.
• Je kunt voorbeelden geven van klassieke biotechnologie.
• Je kunt beschrijven wat DNA, chromosomen en genen zijn en wat de functies van deze onderdelen zijn.
• Je kunt beschrijven wat moderne biotechnologie is en kunt hier voorbeelden van noemen.
• Je kunt voordelen en nadelen van moderne biotechnologie geven.

Slide 28 - Slide

Wat moet je leren voor de toetsweek?
K3, K4 en K5
gebruik de leerdoelenlijst in het proefwerkweek boekje

Slide 29 - Slide

Huiswerk
K5 les 2
- lees de uitleg bij 2.1 
- maak de 'wat heb je onthouden' vragen bij 2.2
- maak de examenvragen bij 2.4 
K7 poster
Toetsweek: K3, K4 en K5

Slide 30 - Slide

wat zijn sporen
A
het is de voort planting van de schimmel
B
het is zaad
C
de voetafdrukken van de bacteriën

Slide 31 - Quiz