,

3H Grammatica/ Formuleren: Samentrekking

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten.

Wat heb je vandaag nodig? je lesboek, schrift en een pen.

Pak ook je leesboek en ga lekker lezen:)
timer
10:00
1 / 44
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten.

Wat heb je vandaag nodig? je lesboek, schrift en een pen.

Pak ook je leesboek en ga lekker lezen:)
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les kun je samentrekkingen herkennen en ben je expert van je eigen onderdeel.
Planning van de les:
- korte uitleg 
- theorie onderzoeken in expertduo's
- evaluatie van de les

Slide 2 - Slide

Startvraag
Leg uit wat er niet klopt aan onderstaande zin.

Op de camping wordt een zwembad aangelegd en stacaravans geplaatst.
Noteer je antwoord in je schrift.
Wat is er fout aan de zin? Hoe los je de fout op?

Max keek naar een leuk meisje en daardoor niet goed uit bij het oversteken.
timer
2:00

Slide 3 - Slide

Startvraag
Op de camping wordt een zwembad aangelegd en stacaravans geplaatst.

Incongruentie
wordt en zwembad = ev
stacaravans  = mv, dus worden toevoegen aan de zin
antwoord 
Max keek naar een leuk meisje en daardoor niet goed uit bij het oversteken.

In zin 2 moet keek worden toegevoegd, omdat keek de tweede keer een andere betekenis heeft.

Slide 4 - Slide

Het park
Tijdens de middaguren en avonduren is het druk in het park. Jonge mensen lopen een rondje en oudere mensen ook. Zij doen dit om even een frisse neus te halen. 
Op koude dagen en op regenachtige dagen is het wel wat rustiger. 
Hoe zou je deze tekst kunnen verbeteren? 
timer
2:00

Slide 5 - Slide

Het park
Tijdens de middag- en avonduren is het druk in het park. Jonge mensen lopen een rondje en oudere ook. Zij doen dit om even een frisse neus te halen. 
Op koude en regenachtige dagen is het wel wat rustiger. 
Door woorden of zinsdelen weg te laten, kun je korter formuleren. 

Slide 6 - Slide

Foutieve samentrekking
Waarom is de samentrekking ijs- en bruine beren onjuist? 

Slide 7 - Slide

Foutieve samentrekking
Waarom is de samentrekking ijs- en bruine beren onjuist? 
ijsberen
(woordniveau) 
bruine beren
(woordgroep) 

Slide 8 - Slide

Expertduo's
Wat
Je wordt 'Expert' van jouw onderdeel.
Hoe
In duo's. Zoek informatie en bedenk een goede uitleg mét voorbeelden - noteer dit in je schrift!!
Hulp
Lesboek en je duo-collega
Tijd
15 minuten 
Uitkomst
Ieder groepslid is expert en kan in 2 minuten aan de klas de theorie vertellen/uitleggen (dit doen we de volgende les!)
Klaar?
Vertel aan elkaar de uitleg, kijk of je niets bent vergeten
Ook klaar?
Haal bij mij een werkblad en ga daarmee aan de slag.

Slide 9 - Slide

Verwerking van de theorie
Grammatica ZD
§3 Samentrekking
 zes duo's (enkele dubbel)
Groep 1: samentrekking 
Groep 2: voorwaartse samentrekking
Groep 3: achterwaartse samentrekking
Groep 4: samentrekking op woordniveau
Groep 5: samentrekking op woordgroepsniveau
Groep 6: samentrekking op zinsniveau
twee duo's (dubbel)
Groep 7: Hoe controleer je een samentrekking (voorwaarden)?
Groep 8: Hoe verbeter je een foutieve samentrekking?

Formuleren
§2 Samentrekking controleren

Slide 10 - Slide

Verwerking van de theorie
Grammatica ZD
§3 Samentrekking
Alle groepen:
- Leg uit wat jullie onderdeel inhoudt en geef minimaal twee eigen voorbeelden om de uitleg te verduidelijken.
Groep 1: 
Aan welke drie voorwaarden moet worden voldaan om woorden weg te laten? 
Hoe controleer je dat? Maak dit duidelijk aan de hand van een eigen voorbeeld.

Groep 2
Hoe verbeter je een foutieve samentrekking? Gebruik voor je eigen voorbeeld het stappenplan.

Formuleren
§2 Samentrekking controleren
timer
15:00

Slide 11 - Slide

Wat was het lesdoel ook alweer?
Aan het einde van de les kun je samentrekingen herkennen en ben je expert van je eigen onderdeel.

Slide 12 - Slide

Ik heb het lesdoel gehaald.
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Met je telefoon
Ga naar 
mijnles.nu/  
 (let op: in je adresbalk intoetsen, NIET op google)

Wachtwoord: 

Graag de vragen invullen, bedankt!

Slide 14 - Slide

Volgende les
- lezen
- de duo's geven uitleg over hun onderdeel (2 min. per duo)
- aan de slag met opdrachten over samentrekkingen.


Tot dan!

Slide 15 - Slide

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten.

Wat heb je vandaag nodig? je lesboek, schrift en een pen.

Pak ook je leesboek en ga lekker lezen:)

15-11
timer
15:00

Slide 16 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les heeft elk duo hun onderdeel aan de klas gepresenteerd,

Planning van de les:
- korte presentaties per duo (max. 2 minuten)
- aan de slag met opdrachten - weekplanner

Slide 17 - Slide

Weekplanner t/m 22-11 (dan moet alles af en nagekeken!)
Lees eerst de theorie goed door, ga dan pas naar de opdrachten!

Cursus 5 (grammatica)
§3 opdracht 1, 2, 3
§5 opdracht 1,2,3


Cursus 6 (formuleren)
§2 opdracht 1,2,3,4
§3 opdracht 1,2

EXTRA:
Cursus 5
§5 opdracht 4 en 5
Cursus 6
§3 opdracht 3 en 4


Slide 18 - Slide

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten.

Wat heb je vandaag nodig? je lesboek, schrift en een pen.

Pak ook je leesboek en ga lekker lezen:)

15-11
timer
15:00

Slide 19 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les heeft iedereen gewerkt aan de weekplanner.

Planning van de les:
- lezen
- aan de slag met opdrachten - weekplanner

Slide 20 - Slide

Weekplanner t/m 22-11 (dan moet alles af en nagekeken!)
Lees eerst de theorie goed door, ga dan pas naar de opdrachten!

Cursus 5 (grammatica)
§3 opdracht 1, 2, 3 (blz. 210)
§5 opdracht 1,2,3 (blz. 214)


Cursus 6 (formuleren)
§2 opdracht 1,2,3,4 (blz. 230)
§3 opdracht 1,2 (blz. 232)

EXTRA:
Cursus 5
§5 opdracht 4 en 5
Cursus 6
§3 opdracht 3 en 4


Slide 21 - Slide

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten.

Wat heb je vandaag nodig? je lesboek, schrift en een pen.

Pak ook je leesboek en ga lekker lezen:)

22-11
timer
15:00

Slide 22 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les heeft iedereen gewerkt aan de weekplanner.

Planning van de les:
- lezen
- aan de slag met opdrachten - weekplanner

Slide 23 - Slide

Weekplanner t/m 22-11 (dan moet alles af en nagekeken!)
Lees eerst de theorie goed door, ga dan pas naar de opdrachten!

Cursus 5 (grammatica)
§3 opdracht 1, 2, 3 (blz. 210)
§5 opdracht 1,2,3 (blz. 214)


Cursus 6 (formuleren)
§2 opdracht 1,2,3,4 (blz. 230)
§3 opdracht 1,2 (blz. 232)

EXTRA:
Cursus 5
§5 opdracht 4 en 5
Cursus 6
§3 opdracht 3 en 4


Slide 24 - Slide

nationale en internationale wedstrijden
A
voorwaartse samentrekking
B
achterwaartse samentrekking

Slide 25 - Quiz

lands- en provinciegrenzen
A
voorwaartse samentrekking
B
achterwaartse samentrekking

Slide 26 - Quiz

Marius reed te hard en kreeg daarom een boete.
A
voorwaartse samentrekking
B
achterwaartse samentrekking

Slide 27 - Quiz

Leest je zus eigenlijk liever jeugd- of volwassenliteratuur?
A
woordniveau
B
woordgroepsniveau
C
zinsniveau

Slide 28 - Quiz

Leest je zus eigenlijk liever jeugd- of volwassenliteratuur?
A
voorwaartse samentrekking
B
achterwaartse samentrekking

Slide 29 - Quiz

Gebruikt u altijd katoenen of papieren zakdoekjes?
A
woordniveau
B
woordgroepsniveau
C
zinsniveau

Slide 30 - Quiz

Gebruikt u altijd katoenen of papieren zakdoekjes?
A
voorwaartse samentrekking
B
achterwaartse samentrekking

Slide 31 - Quiz

Dit betekent eigenlijk gewoon 'korter schrijven' of 'woord(en) weglaten'.
landsgrenzen en provinciegrenzen   ->   lands- en provinciegrenzen
nationale wedstrijden en internationale wedstrijden  ->                          nationale en internationale wedstrijden
Marius reed te hard en Marius kreeg daarom een boete. -> 
Marius reed te hard en kreeg daarom een boete.


Samentrekking

Slide 32 - Slide

Voorwaartse: het gezamenlijke deel wordt genoemd in het eerste deel en weggelaten in het laatste deel
  • een goedkope armband en een dure armband
  • een goedkope armband en een dure
Achterwaartse: het gezamenlijke deel wordt genoemd in het laatste deel en weggelaten in het eerste deel
  • in voorspoed en tegenspoed
  • in voor- en tegenspoed
Samentrekking

Slide 33 - Slide

Een samentrekking kan voorkomen op drie niveaus.
  1. woordniveau: je laat een deel van het woord weg en plaatst een streepje (-)
  2. woordgroepsniveau: je laat één of meer woorden weg
  3. zinsniveau: je laat één of meer zinsdelen weg
Samentrekking

Slide 34 - Slide

Een samentrekking kan voorkomen op drie niveaus.
1. woordniveau: je laat een deel van het woord weg en plaatst een streepje (-)
carnavalsfeesten en -optochten

2. woordgroepsniveau: je laat één of meer woorden weg
gescheiden mannen en vrouwen

3. zinsniveau: je laat één of meer zinsdelen weg
Jolinde gaat op de fiets en Tamar op de scooter
Wij schaatsten en onze kinderen sleeden in die strenge winter elke dag.
Samentrekking: voorbeelden

Slide 35 - Slide

Wanneer mag je een samentrekking op zinsniveau gebruiken?

Samentrekken mag alleen als aan drie voorwaarden wordt voldaan:

1. de weggelaten woorden hebben dezelfde functie (zinsdeel, woordsoort),
2. dezelfde betekenis én
3. hetzelfde getal (enkelvoud/meervoud) als de woorden die blijven staan.
Samentrekkingen controleren

Slide 36 - Slide


1. Functie: zinsdeel / woordsoort
2. Betekenis
3. Getal: enkelvoud / meervoud

Is alles gelijk, dan is de samentrekking correct.
Samentrekkingen controleren

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

voorbeeld 1
Tabitha heeft hoge cijfers, maar er ook hard voor gewerkt.

zin 1:                                                                   zin 2:
Tabitha = ow                                                   Tabitha = ow
Tabitha = naam van meisje                           Tabitha = naam van meisje
Tabitha = ev                                                     Tabitha = ev

Slide 39 - Slide

voorbeeld 1
Tabitha heeft hoge cijfers, maar er ook hard voor gewerkt.

zin 1:                                                               zin 2:
heeft = pv en wg                                       heeft = pv en wg + gewerkt
heeft = zww                                                heeft = hww
heeft = ev                                                     heeft = ev

Slide 40 - Slide

voorbeeld 1
Fout:
Tabitha heeft hoge cijfers, maar er ook hard voor gewerkt.

Goed: 
Tabitha heeft hoge cijfers, maar heeft er ook hard voor gewerkt. 


Slide 41 - Slide

voorbeeld 2
Hij hield van haar en haar handen vast.

zin 1:                                                               zin 2:
hij = ow                                                         hij = ow
hij = persoon                                              hij = persoon
hij = ev                                                           hij = ev

Slide 42 - Slide

voorbeeld 2
Hij hield van haar en haar handen vast.

zin 1:                                                               zin 2:
hield = pv en wg                                        hield = pv en wg + vast
hield = zww                                                 hield = zww
hield = ev                                                      hield = ev
andere betekenis

Slide 43 - Slide

voorbeeld 2
Fout:
Hij hield van haar en haar handen vast.

Goed:
Hij hield van haar en hield haar handen vast.

Slide 44 - Slide