Les 4 - Activerende methodieken en begeleidingsstijlen

Activerende methodieken en begeleidingsstijlen
Judela Larmonie en Lichelle Caspers les 4
1 / 27
next
Slide 1: Slide
Activerende methodieken en begeleidingsstijlenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Activerende methodieken en begeleidingsstijlen
Judela Larmonie en Lichelle Caspers les 4

Slide 1 - Slide

Vandaag:
  • Onderwerp: gedrag veranderen en weerstand
  • Lesdoelen
  • Korte kennischeck van vorige lessen
  • Opdrachten
  • Evaluatie en afsluiting

Slide 2 - Slide

Lesdoelen vandaag:
  1. Je kan de voorwaarden om een structurele gedragsverandering te bereiken benoemen.
  2. Je benoemt en herkent de stadia van verandering van Prochaska en DiClemente en noemt bijbehorende handelingsadviezen.
  3. Je reageert adequaat op weerstand en afweer, onder andere door aan te sluiten bij de stadia van verandering.

Slide 3 - Slide

Herhaling les 3: wat was een van de nadelen van straffen?

Slide 4 - Open question

Herhaling les 3: waarom is belonen effectiever dan straffen?

Slide 5 - Open question

Herhaling les 3: Je gaat graag naar school, omdat je er komt om nieuwe dingen te leren. Over welke soort motivatie hebben we het dan?

Slide 6 - Open question

Wat zijn redenen dat
mensen hun gedrag niet
kunnen of willen veranderen?

Slide 7 - Mind map

Opdracht: voorwaarden gedragsverandering 
Vorm drie- of viertallen en discussieer in jouw groepje over de  vraag: Wat is er in het algemeen nodig om je gedrag te veranderen en de verandering ook vol te houden? Betrek jullie eigen voorbeelden daarbij. Wat hielp je bij jouw verandering? En wat zat juist in de weg? Noteer per groepje jullie antwoord op  een flap

Slide 8 - Slide

Wat zijn de voorwaarden voor gedragsverandering?
  • attitude
  • sociale steun
  • persoonlijke effectiviteit
  • interne locus of control








Slide 9 - Slide

Voorwaarden voor verandering
Attitude: Iemand wil pas veranderen wanneer het nieuwe gedrag een behoefte bevredigt en hij er dus positief tegenover staat.
Sociale steun: Iemand is meestal pas bereid om te veranderen als mensen die hij waardeert dit ook zien zitten.
Persoonlijke effectiviteit: Wanneer iemand denkt dat hij het nieuwe gedrag succesvol kan uitvoeren, begint hij er sneller aan.
Interne locus of control: Iemand moet geloven dat hij zelf invloed uitoefent op zijn situatie en moet de oorzaken van wat hem overkomt niet buiten zichzelf zoeken (externe locus of control).

Slide 10 - Slide

Veranderingsstadia van Prochaska en DiClemente

Slide 11 - Slide

A. Vul in een tabel de de veranderingsstadia van Prochaska en
DiClemente op de juiste volgorde in.



Stadium
terugval
beslissen & voorbereiding
overwegen
volhouden
voorstadium
uitvoeren

Slide 12 - Slide

B. Zet de 6 omschrijvingen van de veranderingsstadia op de juiste plek.
Stadium:
Omschrijving:
voorstadium
overwegen
beslissen en voorbereiding
uitvoeren
volhouden
terugval

Slide 13 - Slide

Wat is weerstand?
Het weren van negatieve invloeden van buitenaf. Weerstand in gedrag komt voort uit een bepaalde emotie die eronder ligt en komt vaak voort uit een afweermechanisme. 

Slide 14 - Slide

Afweermechanismen (Brinkman, 2013)
Een afweermechanisme is een (onbewuste) manier om je als individu of groep te beschermen tegen heftige gevoelens
  • Rationalisatie
  • Verdringing of ontkenning
  • Verschuiving
  • Vermijding
  • Overdekking door het tegendeel
  • Projectie
  • Diskwalificatie


Slide 15 - Slide

Praktijkvoorbeeld: in de jeugdzorg geef ik aan ouders opvoedadvies. Een vader zegt tegen mij: "Ik ga geen advies van jou aannemen, je hebt zelf geen eens kinderen." Welke vorm van afweermechanisme is dit denken jullie?

Slide 16 - Open question

Diskwalificatie
Dit was een voorbeeld van diskwalificeren van de hulpverlener. Hiermee praat de cliënt het voor zichzelf goed door de hulpverlener minder belangrijk te maken. De cliënt vindt dat hij niks van de hulpverlener hoeft aan te nemen. 

Slide 17 - Slide

Een jongen van 16 jaar woont bij zijn ouders. Hij gaat vaak stappen en hierbij drinkt hij veel alcohol en soms gebruikt hij ook drugs. Zijn ouders maken zich zorgen, want hij gaat ook bijna niet meer naar school. Wanneer zijn moeder met hem wil praten hierover, vertrekt hij altijd met een smoes snel het huis uit. Welk afweermechanisme gebruikt deze jongen?

Slide 18 - Open question

Vermijding
Dit was een voorbeeld van vermijding. De jongen probeert door middel van alcohol en drugs zijn negatieve gevoelens te onderdrukken. Hierover praten lukt hem niet. Wanneer zijn moeder dit probeert, ervaart hij dit als bedreigend en gaat hij dit uit de weg. 

Slide 19 - Slide

Je had een rotdag bij je werk bij de kinderopvang: de kinderen luisterden niet en aan het einde van de dag kwam er een ouder naar je toe om te klagen over dat zijn kind gevallen was en zijn jas nu kapot is. Wanneer je thuiskomt, zie je dat je partner nog geen eten heeft gehaald zoals afgesproken. Op dat moment schiet je uit je slof en word je heel erg boos. Welk afweermechanisme is dit denken jullie?

Slide 20 - Open question

Verschuiving
Dit was een voorbeeld van verschuiving. Je durft je frustratie niet te uiten bij de kinderen of ouder die klaagt. Zij waren wel de bron van je emoties, maar daar toon je het niet. In plaats daarvan uit je de emoties bij een minder bedreigende ontvanger, in dit geval je partner.

Slide 21 - Slide

Uitingsvormen van weerstand (Van Alphen, 2016)
bewust onbewust
  • Argumenteren
  • Onderbreken
  • Ontkennen
  • Negeren

Slide 22 - Slide

Wat kun je het beste doen bij weerstand?

Slide 23 - Open question

Omgaan met weerstand 
Do's
Dont's
Benoemen van de weerstand en empathie tonen. Kijk hierbij in welk stadium de cliënt zit van het verandermodel. 
De ander veroordelen of niet serieus nemen.
De ander ruimte geven voor de weerstand.
Pushen.
Meer informatie geven en benoemen wat de voordelen voor de ander zijn als ze wel willen veranderen
De strijd aan gaan. Jezelf verdedigen. Dit heeft geen zin!
Vragen naar de bezwaren en aandacht hebben voor de emoties die eronder liggen
Voor de ander invullen waarom hij/zij het niet wil. 

Slide 24 - Slide

Geef jezelf een cijfer voor je inzet tijdens deze les
010

Slide 25 - Poll

Wat neem jij mee uit deze les?

Slide 26 - Open question

Bedankt en tot volgende week!

Slide 27 - Slide