3.1 Kwadratische functies (theorie A en B)

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Kwadratische problemen

3

- Werken met kwadratische functies van de vorm f(x) = ax² + bx + c             f(x) = a(x - d)(x - e)       en

f(x) = a(x - p)² + q

- Kwadratische vergelijkingen oplossen

- Het berekenen van de coördinaten van de snijpunten van een parabool met de x-as en de y-as

- De coördinaten van de top van een parabool berekenen

Dit hoofdstuk leer je:

Wat gaan we doen vandaag?

Aan het einde van deze les:

- weet je het verschil tussen een functie en een formule

- kan je bij een gegeven functie een gevraagde functiewaarde berekenen

- kan je de grafiek tekenen van een kwadratische functie

- kan je onderzoeken of een punt op de grafiek van een kwadratische functie ligt

3.1 Kwadratische functies

Het verschil tussen een functie en een formule

Het verschil tussen een lineaire formule en een kwadratische formule

3.1 Kwadratische functies

Gegeven is de functie f(x) = 3x - 5

a) Bereken f(3)

b) Schrijf de formule van f op 

3.1 Kwadratische functies

Gegeven is de functie f(x) = x² + 3x - 5

a) Bereken f(5)

b) Bereken f(-3)

c) Schrijf de formule van f op 

3.1 Kwadratische functies

a≠0

f(x)=ax​2​​+bx+c

3.1 Kwadratische functies

3.1 Kwadratische functies

f(x)=​2​​1​​x​2​​+3x+2

Laat met een berekening zien of A( 10, 82 ) op de grafiek van f ligt.