Taal Actief groep 8 thema 8 les 7

• Taal
• Basisschool
• Groep 8

Taal Actief groep 8 thema 8 les 7

Van bedrijvende naar lijdende zin

Bedrijvende zin

Het onderwerp is actief, het voert het gezegde uit. 

Jemall gooit Diego's bal. 

Lijdende zin

Het onderwerp van de zin, is niet actief. Het ondergaat het gezegde. 

Diego's bal wordt gegooid door Jemall. 

Hoe maak je van een bedrijvende een lijdende zin? 

2. Lijdend voorwerp wordt het onderwerp

Jemall gooit Diego's bal. 

Lijdend VW - Diego's bal. Dat wordt het onderwerp in de zin. 

Hoe maak je van een bedrijvende een lijdende zin? 

1. Maak van de persoonsvorm een voltooid deelwoord.

Jemall gooit Diego's bal.  (Jemall gooide Diego's bal) 

Gooit ---> word gegooid (gooide ----> werd gegooid)

Hoe maak je van een bedrijvende een lijdende zin? 

3. Je zet het woord 'door' voor het onderwerp

Jemall gooit Diego's bal. 

Door Jemall

Hoe maak je van een bedrijvende een lijdende zin? 

De zin wordt dan: 

Jemall gooit Diego's bal. 

Diego's bal wordt gegooid door Jemall

Maak een lijdende zin van:
Haar zus ontving elke week een tijdschrift.

Maak een lijdende zin van:
Mijn moeder stopt het geld in de collectebus

Maak een lijdende zin van:
Wout schreef een lange brief

Maak een lijdende zin van:
David gebruikt een zware hamer

Maak een lijdende zin van:
Een man roept David

Maak een lijdende zin van:
De man geeft een boek.

Maak een lijdende zin van:
De leerkracht geeft de les.

Maak een lijdende zin van:
De leerkracht schetst een betere toekomst.

Maak een lijdende zin van:
De bazin van Kim geeft een opdracht.

Maak een lijdende zin van:
Mensen van Unicef bedachten een plan.

Maak een lijdende zin van:
Een gezin ontving Kim als hun eigen dochter

Let op! Nu andersom:
Puin wordt door Udo opgeruimd

Let op! Nu andersom, maak bedrijvend.
Door hem werd hard gewerkt.

Let op! Nu andersom, maak bedrijvend.
Een boek werd nooit gelezen door Udo en zijn broer.

Let op! Nu andersom, maak bedrijvend.
Een dag vrij wordt zelden door hun baas gegeven.

Ik weet het verschil tussen een bedrijvende en een lijdende zin

1. ja
2. nee
3. een beetje

Ik kan van een bedrijvende zin een lijdende zin maken

1. ja
2. nee
3. een beetje