This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Zouten quiz H4
Slide 1 - Slide
Hoe werkt deze quiz?
Je krijgt een aantal vragen.
Je kan je eigen antwoorden controleren door op toon uitleg te klikken.
Daarna krijg je de vraag of je de vraag goed had of niet; op deze manier zie ik snel wat er goed en fout gaat.
Slide 2 - Slide
Geef de molecuulformule van magnesiumsulfaat.
Slide 3 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 4 - Quiz
Geef de molecuulformule van calciumacetaat.
Slide 5 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quiz
Geef de naam van BaO
Slide 7 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quiz
Geef de naam van CuBr2
Slide 9 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quiz
Geef de naam van Cu3(PO4)2
Slide 11 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Geef de oplosvergelijking van ZnCl2
Slide 13 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quiz
Geef de oplosvergelijking van MgBr2
Slide 15 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quiz
Geef de oplosvergelijking van FeF3.
Slide 17 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 18 - Quiz
Geef de oplosvergelijking van Ba(NO3)2.
Slide 19 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 20 - Quiz
Geef de oplosvergelijking van natriumsulfiet.
Slide 21 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 22 - Quiz
Rangschik de zouten van slechtste naar beste oplosbaarheid
Best oplosbaar
Slechtst oplosbaar
ZnF2
MgSO3
Ba3(PO4)2
Slide 23 - Drag question
Geef de indampvergelijking van een ammoniumjodideoplossing
Slide 24 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 25 - Quiz
Geef de verhoudingsformule van het zout dat ontstaat uit natriumionen en carbonaationen
Slide 26 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 27 - Quiz
Geef de verhoudingsformule van het zout dat ontstaat uit ijzer(II)ionen en hydroxide-ionen
Slide 28 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 29 - Quiz
Geef de verhoudingsformule van het zout dat ontstaat uit aluminium-ionen en sulfaat-ionen.
Slide 30 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 31 - Quiz
Geef de verhoudingsformule van het zout dat ontstaat uit aluminium-ionen en sulfaat-ionen.
Slide 32 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 33 - Quiz
Je voegt 10,3 gram kaliumsulfaat toe aan 75 g water. na enige tijd roeren blijft de vloeistof troebel. Je filtreert de suspensie en droogt het residu. Je houdt 0,9 gram vaste stof over. Wat is de oplosbaarheid van kaliumsulfaat in water in g/L?
Slide 34 - Open question
Had je de vraag goed?
A
Ja
B
Nee
Slide 35 - Quiz
Klaar?
Kijk naar welke vragen je goed had en welke vragen je fout had.
Kijk of je snapt waarom jouw antwoord fout was en hoe het wel moet.
Schrijf op een blaadje aan de hand van de volgende slide waar je aan gaat werken.