This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Welkom!
Nodig:
Nieuw Nederlands + schrift
Boek 7
Slide 1 - Slide
Vandaag:
Planning
Tekststructuren: uitleg
Aan de slag!
Huiswerk & Taalvout
Slide 2 - Slide
Planning
Pitchen boek 7: Week na de vakantie (27 februari)
Deadline boek 7: donderdag 9 maart
Toets leesvaardigheid: rond 1 maart
Slide 3 - Slide
TEKSTSTRUCTUREN
Slide 4 - Slide
Waarom is het nuttig om te weten welke tekststructuren er zijn?
Slide 5 - Open question
Het nut
Voor de lezer
Je weet wat je kunt verwachten van een tekst en je kunt gericht zoeken naar de informatie die je nodig hebt.
Voor de schrijver
Je creëert een logische route door je tekst en kunt informatie beter ordenen.
Slide 6 - Slide
Eindexamen 2019
Slide 7 - Slide
Eindexamen 2019
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Een tekst is gebaseerd op de argumentatiestructuur. Wat staat er in de inleiding?
Slide 17 - Open question
Een tekst is gebaseerd op de probleem/oplossingstructuur. Wat staat er in het slot?
Slide 18 - Open question
Een tekst is gebaseerd op de aspectenstructuur. Wat is het schrijfdoel?
Slide 19 - Open question
Sleepvraag:
Sleep de juiste inleiding naar de juiste tekststructuur
argumentatie-
structuur
aspecten-
structuur
probleem/
oplossing-
structuur
verklarings-
structuur
voor- en
nadelen-
structuur
inleiding:
stelling,
standpunt
inleiding:
samenvatting van de verschillende onderdelen
inleiding:
probleem
inleiding:
bepaald
verschijnsel
inleiding:
vraag
of
stelling
Slide 20 - Drag question
Welke structuren ken je nu?
Slide 21 - Mind map
Stel: je hebt slecht kunnen leren voor de toetsweek en nu heb je vier onvoldoendes. Je praat hierover met je mentor. Welke structuur kies je voor dat gesprek?
A
aspectenstructuur
B
argumentatiestructuur
C
vraag-antwoordstructuur
D
probleem-oplossingsstructuur
Slide 22 - Quiz
Stel: je hebt in de toetsweek vijf achten gehaald, nice! Je mentor komt even met je kletsen en wil graag weten wat jij zo goed hebt gedaan. Welke tekststructuur verwacht je in dat gesprek?
A
argumentatiestructuur
B
voor-nadelenstructuur
C
verklaringsstructuur
D
verleden-heden-toekomststructuur
Slide 23 - Quiz
Stel: je hebt van klasgenoten gehoord dat de docent van natuurkunde echt geweldig is. Nu wil jij ook natuurkunde in je pakket! Je twijfelt nog wel, want je overziet het niet allemaal. Welke structuur past bij een gesprek over deze kwestie?
A
aspectenstructuur
B
verklaringsstructuur
C
voor- en nadelenstructuur
D
verleden-heden-toekomststructuur
Slide 24 - Quiz
In hoeverre heb jij het idee dat je deze leerstof hebt begrepen?