BVJ HAVO 4 H1.5 Concentratie en Diffusie

Inleiding in de biologie
Basisstof 5 concentraties en diffusie


1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Inleiding in de biologie
Basisstof 5 concentraties en diffusie


Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
  •  Huiswerk bespreken 
  • Leerdoelen doornemen 
  • Uitleg concentratie en diffusie
  • Zelf aan het werk 

Slide 2 - Slide

vraag 31
voedingsmiddelen bevatten voedingsstoffen. zes groepen voedingsstoffen zijn: eiwitten, koolhydraten, mineralen, vetten, vitaminen en water. van welke van deze groepen voedingsstoffen kun je met zekerheid zeggen dat ze bouwstenen leveren voor membranen?

Slide 3 - Slide

Antwoord 31
Eiwitten, koolhydraten en vetten. deze stoffen zijn onderdeel van membranen

Slide 4 - Slide

vraag 32
Een onderzoeker heeft de membraaneiwitten van een cel van een muis gemerkt met rode kleurstof. de membraaneiwitten van een cel van een mens zijn gemerkt met een blauwe kleurstof. Hij laat beide cellen met elkaar fuseren tot een nieuwe cel. na een uur bekijkt hij het resultaat (zie afbeelding 34 boek).
welke conclusie kan de onderzoeker op grond van dit resultaat trekken?

Slide 5 - Slide

Antwoord 32
Uit het onderzoek blijkt dat membraaneiwitten bewegen in het celmembraan

Slide 6 - Slide

Leerdoelen:

  • je kunt de concentratie van een oplossing berekenen.
  • je kunt uitleggen wat diffusie is.

Slide 7 - Slide

Hoe kun je de term concentratie definiëren 

Slide 8 - Slide

concentratie - g/L of %
verdunnen
concentreren
lage concentratie
hoge concentratie

De hoeveelheid opgeloste stof per hoeveelheid oplosmiddel.

Slide 9 - Slide

Concentratie
De hoeveelheid opgeloste stof in een bepaald oplosmiddel
Bijv. je lost 10 gram suiker op in 100 milliliter water.
De concentratie is 10 gram/100mL oftewel 0,1 gram/mL

Slide 10 - Slide

Concentratie
Hoeveelheid opgeloste stof (gram) per liter water

Fysiologische zoutoplossing:
9 gram zout met 991 gram hoeveel procent is dit ?

Slide 11 - Slide

Concentratie
Hoeveelheid opgeloste stof (gram) per liter water

Fysiologische zoutoplossing:
9 gram zout met 991 gram water (0,9%)

Slide 12 - Slide

juist of onjuist: E heeft dezelfde concentratie als F.

Slide 13 - Slide

Hoe zou je de term Diffusie kunnen definiëren ?

Slide 14 - Slide

Diffusie
verplaatsing van een stof met een hoge concentratie naar een plek met een lage concentratie.

De snelheid waarmee dit gaat heet de diffusiesnelheid en deze is afhankelijk van de temperatuur en de dichtheid van de moleculen

Slide 15 - Slide

diffusie
Een stof beweegt zich van waar een hoge concentratie is naar waar een lage concentratie is.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Diffusie

Slide 18 - Slide

opdrachten 37 en 38

Slide 19 - Slide