Schrijven 4

Schrijven 4
Vandaag: 
Periode 3 
Beter Spellen + taalfout
Start Schrijven 4 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Schrijven 4
Vandaag: 
Periode 3 
Beter Spellen + taalfout
Start Schrijven 4 

Slide 1 - Slide

Afronden periode 2
DOEL: Leerlingen hebben allemaal hun eerste boek uitgelezen.
Ze maken in de les, in Learnbeat, een opdracht over je leesontwikkeling (cijfer in P4)

Slide 2 - Slide

Periode 3 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Start schrijven 4 
 Leerdoelen:
- Ik kan het onderwerp en de hoofdgedachte van een verhaal bepalen.
- Ik heb het stappenplan voor het schrijven van een goede tekst weer opgefrist
- Ik heb het thema ‘ecologische voetafdruk’ verkend en binnen dit thema een onderwerp voor mijn eigen informatieve tekst gekozen.

Slide 5 - Slide

Luister naar dit sterke verhaal: waargebeurd of niet? 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Waargebeurd of niet? 

Slide 8 - Slide

Opdracht 4: filmpje bekijken 

Slide 9 - Slide

Hoofdgedachte + onderwerp
Hoofdgedachte: samenvatting van de tekst in 1 zin.

- Schrijf de hoofdgedachte van dit verhaal in 1 zin op (in je schrift)
- Individueel (2 minuten)
- Daarna in tweetallen bespreken
- Vervolgens klassikaal



Onderwerp: in een paar woorden vertellen waar een tekst over gaat (nooit een hele zin! Vermijd daarom een persoonsvorm)
Klassikaal filmpje: kort, korter, kortst (opdracht 4)

Schrijf nu in 1 woord op waar het sterke verhaal van je docent over ging (in je schrift)
Individueel
Daarna in tweetallen bespreken
Vervolgens klassikaal

Slide 10 - Slide

Stappenplan
Stappenplan ‘Een goede tekst schrijven’:
- Kies je onderwerp
- Bepaal je doel en je publiek
- Verzamel informatie (uit betrouwbare bronnen)/ Orden deze informatie / Baken informatie af
- Schrijf en herschrijf je tekst
- Geef je tekst een passende lay-out

Slide 11 - Slide

Opdracht schrijven 4
Iedereen gaat deze cursus een informatieve tekst schrijven binnen het thema ‘Ecologische voetafdruk’. Je bepaalt zelf het onderwerp binnen dit thema.

 

Filmpje:  https://youtu.be/i0l_D70jqS0?si=LPAsro5eVmHzdV0A

Slide 12 - Slide

Ecologische voetafdruk
Wonen
-energieverbruik (zonnepanelen / gas etc.)
Lifestyle
-kleding (fast fashion)
- producten (bv e-waste)
- soort vakanties (skiën/vliegvakanties)
Vervoer
- voor werk
- voor vakanties
Voeding
- de last op de aarde door het consumeren van vis/vlees/diepvriesgroentes/zuivelproducten etc.

Slide 13 - Slide

Opdracht zelfstandig 
1. Ga online op zoek naar onderdelen van onze manier van leven die onze ecologische voetafdruk verhogen, noem er zoveel mogelijk.
Noteer de websites waarop je de antwoorden op deze vraag vindt in je schrift.


2. Denk na over welk onderdeel van onze manier van leven, waardoor onze ‘Ecologische voetafdruk’ verhoogd wordt, jij een informatieve tekst over wilt schrijven in de aankomende lessen.

Idee waar je het over wil gaan doen? 
Bedenk vast deelvragen (WH-vragen)

Slide 14 - Slide

Schrijven 4 - les 3 

Slide 15 - Slide

Vandaag 

Terugblik vorige les
Uitleg bronnen zoeken – Krantenbank & WWW
Zelf Bronnen zoeken / beoordelen.
Quiz taalverzorging 

Slide 16 - Slide

Huiswerkcontrole
Veel leerlingen hebben de eerste HV al binnen

Slide 17 - Slide

Terugblik vorige les 
- Wat is een deelonderwerp?
- Waarom is het van belang om voor het schrijven van een tekst deelonderwerpen te bepalen?

Slide 18 - Slide

Vragen 
Beantwoord de volgende vragen in tweetallen:
- Wat is een bron?
- Wat wordt bedoeld met een betrouwbare bron?
- Hoe kun je zelf bepalen of een bron betrouwbaar is?
- Waarom is het voor een informatieve tekst belangrijk om betrouwbare bronnen te gebruiken?
- Waarom is het belangrijk dat je de bronnen die je in jouw tekst gebruikt ook noemt in/onderaan jouw tekst?

timer
5:00

Slide 19 - Slide

Uitleg bronnen zoeken 
Het belangrijkste bij bronnen zoeken is: weet wat je zoekt!
Zorg dat je je onderwerp goed hebt afgebakend en dat je weet wat de rode draad in je verhaal wordt (dat heb je nu gedaan met je deelonderwerpen & deze in een logische volgorde te plaatsen.)
 Als je precies weet over wat je wilt vertellen (je deelonderwerpen), weet je ook welke 'gaten' er in je kennis of informatie zitten.
Naar die ontbrekende informatie ga je zoeken

Zoek naar betrouwbare bronnen:
- Een tekst met te veel meningen is niet objectief
- Een tekst met eenzijdige informatie is niet betrouwbaar
- Kijk naar de bron van de tekst
- Kijk naar de gebruikte bronnen in de tekst
- Een tekst met veel spelfouten is niet betrouwbaar

Slide 20 - Slide

Jouw bronnen 
Je raadpleegt minimaal drie bronnen.
- Eén of twee artikelen uit een krant 
- Eén of twee online teksten van een organisatie/instantie  van internet.


Volgende les neem je je drie bronnen geprint mee! 

Slide 21 - Slide

https://dashboard.blooket.com/set/605db3e70ad11e001ec35673

Slide 22 - Slide