Economie 3K paragraaf 4.3

1 / 17
next
Slide 1: Slide
economieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Met wie neem je contact op als je een huis wilt bezichtigen?
A
Verkoper
B
Hypotheekverstrekker
C
Makelaar
D
Eigenaar van www.funda.nl

Slide 3 - Quiz

Welk soort belasting betaal je als je een huis koopt?
A
BTW
B
Accijns
C
Overdrachtsbelasting
D
Omzetbelasting

Slide 4 - Quiz

Wat is een ander woord voor transportakte?
A
Voorlopig koopovereenkomst
B
Definitieve koopovereenkomst

Slide 5 - Quiz

Wat betekent Kadaster?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

In het jaar 2019 betaal je voor een gemiddelde huis € 302.157. In het jaar 2015 was dat nog gemiddeld € 230.194.

Bereken met hoeveel procent de huizenprijzen zijn gestegen. Rond af op een decimaal.

Slide 12 - Open question

Evert krijgt een taxatieverslag van zijn woning toegestuurd door de gemeente. De gemeente heeft de woning op € 182.000 getaxeerd en vraagt 0,1085% per jaar aan belasting over dit bedrag.

Hoeveel onroerendezaakbelasting betaalt hij in een jaar (afronden op euro’s naar beneden)?

Slide 13 - Open question

Sjoerd heeft een hypotheek op zijn huis. Hij heeft gekozen voor een variabel rentepercentage en dus niet voor een rentevaste periode.

In welke situatie heeft hij voordeel van deze beslissing? Kies uit onderstaande mogelijkheden:

A
als de huizenprijzen dalen
B
als de huizenprijzen stijgen
C
als de rentepercentages van de hypotheken dalen
D
als de rentepercentages van de hypotheken stijgen

Slide 14 - Quiz

Marlies kan kiezen uit verschillende soorten hypotheek. Ze kiest voor een hypotheek waarbij de aflossing elke maand gelijk is en de rente steeds afneemt. Hoe noemen we deze hypotheekvorm?

Slide 15 - Open question

Wat kan een oorzaak zijn van de waardedaling van het huis?

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide