10-05-2023 G2a Grieks

Les 8 - Een expeditie naar Troje
1 / 36
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 8 - Een expeditie naar Troje

Slide 1 - Slide

Programma deze les
  • Huiswerk controle
  • Leerwerk overhoren
  • TO T8A opdr. C + T8A nakijken
  • Imperfectumoefening

Slide 2 - Slide

Woorden les 7 + T8A + TB blz. 65-67-69 (zie aantekeningen)

Slide 3 - Slide

ὥσπερ =
A
zoals
B
nooit
C
op deze manier
D
daarna

Slide 4 - Quiz

ἐχθρός (+dat.)
A
briljant, excellent
B
gehaat (bij), vijandig (aan)
C
verlegen, verdrietig
D
dapper

Slide 5 - Quiz

πλήν gaat met welke naamval?
A
Nominativus
B
Genitivus
C
Dativus
D
Accusativus

Slide 6 - Quiz

πάρειμι =

Slide 7 - Open question

ὁ αὐτός =

Slide 8 - Open question

ἀποθνῄσκω =

Slide 9 - Open question

ἡ ἐλευθερία =

Slide 10 - Open question

βλέπω =

Slide 11 - Open question

οἱ ἄνδρες
ὁ ὕπνος
πίπτω
ὁ οἶνος

Slide 12 - Drag question

πίπτω
ἡ παρθένος
ὁ ναύτης
ὁ ἥλιος

Slide 13 - Drag question

Werkwoord impf
ev
mv
1e
1e
2e
2e
3e
3e
ετε
ομεν
ον
ον
ε(ν)
ες

Slide 14 - Drag question

Welke letter is een kenmerk van de verleden tijd in het Grieks
A
α
B
ε
C
ι
D
ο

Slide 15 - Quiz

ἐπεμπομεν =
A
jij stuurde
B
wij stuurden
C
zij stuurden
D
geen van deze antwoorden

Slide 16 - Quiz

ἐβοήθεις =
A
jullie hielpen
B
jij hielpen
C
hij hielp
D
zij hielpen

Slide 17 - Quiz

ἐπειθετε =
A
ik haalde over
B
jij haalde over
C
jullie haalden over
D
geen van deze antwoorden

Slide 18 - Quiz

ἐκώλυον =
A
ik verhinderde
B
wij verhinderden
C
hij verhinderde
D
geen van deze antwoorden

Slide 19 - Quiz

Wat kan ἐκώλυον ook betekenen?

Slide 20 - Open question

ο- wordt in het impf een
A
η-
B
ι-
C
ω-
D
υ-

Slide 21 - Quiz

Als het impf begint met η-, welke beginklinker kan het dan niet zijn?
A
α-
B
ε-
C
η-
D
ι-

Slide 22 - Quiz

Als je de praesens-vorm πιπτουσιν in het imperfectum zet, hoe wordt het dan?
A
ἐπιπτον
B
ἐπιπτετε
C
ἐπιπτουσιν
D
πιπτομεν

Slide 23 - Quiz

Als je de praesens-vorm εἰσφέρεις in het imperfectum zet, hoe wordt het dan?
A
εἰσφέρες
B
εἰσεφέρες
C
ᾔσφέρες
D
εἰσεφέρεις

Slide 24 - Quiz

Als je de praesens-vorm ἐγείρετε in het imperfectum zet, hoe wordt het dan?
A
ἐεγείρετε
B
ἐγείρειτε
C
ἤγειρετε
D
ἤγειρειτε

Slide 25 - Quiz

Als je de praesens-vorm ἐκβαίνω in het imperfectum zet, hoe wordt het dan?
A
βαινον
B
ἔκβαινον
C
ἔβαινον
D
ἐξέβαινον

Slide 26 - Quiz

Als je de praesens-vorm φροντίζομεν in het imperfectum zet, hoe wordt het dan?
A
φροεντίζομεν
B
ἐφροντίζουμεν
C
φροντίζομεν
D
ἐφροντίζομεν

Slide 27 - Quiz

Als je de praesens-vorm αἰτεῖς in het imperfectum zet, hoe wordt het dan?
A
ᾔτες
B
ἤτες
C
ᾔτεις
D
ἤτεις

Slide 28 - Quiz

Tekst
praesens
imperfectum

ἀκουω
ἠκουον
τικτομεν
ἀπεβαλλετε
ἀποβαλλουσιν

Slide 29 - Drag question

Sleep de imperfectumvormen naar de juiste categorie!
1. augment standaard (ἐλυον)
2. augment bij ww met beginklinker (ἠρεσκον)
3. augment bij samengestelde ww (εἰσεφερον)
προεβαινετε
ἀπεπλεον
ἠγεν
ἐβοηθει
ἐδακρυεν
ᾐτουν

Slide 30 - Drag question

TO T8A opdr. C + T8A t/m r.14

Slide 31 - Slide

TO T8A opdr. C
1. Τρεῖς καλαὶ θεοὶ πρὸς τὸν υἱὸν τὸν τοῦ Πριάμου ἔβαινον
2. Ὁ Πάρις τὴν Ἀφροδίτην καλλίστην (mooiste) ἐνόμιζεν
3. Οὕτω δὴ ὁ Πάρις ἐχθρὸς ἦν ταῖς ἄλλαις θεοῖς
4. Ὁ οὖν Πάρις αἴτιος ἦν τῆς ἰσχυρᾶς μάχης ἐν τῇ Τροίᾳ
5. Πολὺν χρόνον οἱ στρατιῶται τῷ ἰσχυρῷ πολέμῳ ἔχαιρον
6. Οἱ ναῦται οὐκ ἔπλεον πρὸς τὸ καλὸν Ἴλιον
7. Ὁ στρατηγὸς τὸν πόλεμον οὐ παύειν ἤθελεν (imperf. v. ἐθέλω)
8. Οἱ ἄλλοι θεοὶ οὐκ ἐκώλυον τοὺς ναύτας

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Aan de slag!
  • Priegel en vertaal T8A
  • Maak TO T8B opdr. A
  • Maak TO T8C opdr. ABC

Slide 36 - Slide