instructie onderwerp en hoofdgedachte (KERN, les 32)
interactieve opdracht
Wat heb je nodig?
Het boek, open op pagina 130 (les 32)
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2
This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Wat doen we vandaag?
Periode 3 doornemen
leerdoelen bespreken
opstartopdracht
instructie onderwerp en hoofdgedachte (KERN, les 32)
interactieve opdracht
Wat heb je nodig?
Het boek, open op pagina 130 (les 32)
Slide 1 - Slide
Periode 3
Tussentoets week 16 -> leesvaardigheid en woordenschat
weging: 2
Toetsweek -> mondeling over gelezen boek
weging: 2
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat het onderwerp, deelonderwerpen en hoofdgedachte zijn als het gaat om geschreven teksten.
Ik kan het onderwerp, deelonderwerpen en hoofdgedachte vinden in een geschreven tekst.
Ik kan een hoofdgedachte en deelonderwerpen bedenken bij een gegeven onderwerp.
Slide 3 - Slide
Wat weet je al van 'het onderwerp'?
Slide 4 - Mind map
Wat weet je al van 'de hoofdgedachte'?
Slide 5 - Mind map
Onderwerp en hoofdgedachte
- We lezen samen de theorie op pagina 130
Slide 6 - Slide
Onderwerp
Lees globaal om het te vinden
Formuleer het onderwerp in 1 woord (gameverslaving) of een woordgroep (diersoorten in Afrika) - NOOIT een hele zin.
Een goede schrijver zal het onderwerp van de tekst in ieder geval in de inleiding en het slot benoemen.
Slide 7 - Slide
Deelonderwerpen
Lees globaal of intensief om te vinden
Een deelonderwerp beslaat meestal 1 of 2 alinea's, soms meer
Onderdeel van het onderwerp van de tekst.
Formuleer in 1 woord of woordgroep - NOOIT een hele zin
Soms geven tussenkopjes het deelonderwerp aan, niet altijd
Slide 8 - Slide
Hoofdgedachte
Lees intensief om te vinden
Samenvatting van de tekst in 1 zin
Soms staat hij in de tekst, soms moet je hem zelf bedenken
De hoofdgedachte is het antwoord op de vraag: wat is het belangrijkste dat de auteur zegt over het onderwerp?
Een goede schrijver zal de hoofdgedachte in de inleiding en/of het slot benoemen.
Slide 9 - Slide
Leerdoelen
Ik weet wat het onderwerp, hoofdgedachte en deelonderwerpen van een tekst zijn.
Ik kan wat het onderwerp, hoofdgedachte en deelonderwerpen van een tekst herkennen.
Ik kan voorbeelden vinden van teksten waarbij de titel en tussenkoppen wel of niet het onderwerp en de hoofdgedachte weergeven.
Ik kan zelf een hoofdgedachte en deelonderwerp bedenken bij een gegeven onderwerp.
Slide 10 - Slide
Opdracht
We lezen samen de (blauwe) tekst op pagina 131 van het boek.
Slide 11 - Slide
Wat is het onderwerp van de tekst?
Slide 12 - Open question
Wat is de hoofdgedachte van de tekst? Deze moet je zelf bedenken. Bedenk dus het antwoord op de vraag: wat is het belangrijkste dat de auteur zegt over het onderwerp?
Slide 13 - Open question
Noteer een deelonderwerp uit de tekst.
Slide 14 - Open question
Bedenk een titel voor de tekst.
Slide 15 - Open question
Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat het onderwerpen, deelonderwerpen en hoofdgedachte zijn als het gaat om geschreven teksten.
Ik kan het onderwerp, deelonderwerpen en hoofdgedachte vinden in een geschreven tekst.
Ik kan een hoofdgedachte en deelonderwerpen bedenken bij een gegeven onderwerp.