Herhaling hoofdstuk 3

wat moet je bij tekenen doen en niet bij schetsen?
1 / 26
next
Slide 1: Open question
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

wat moet je bij tekenen doen en niet bij schetsen?

Slide 1 - Open question

in welke menu op je GR vul je de formule in om te plotten?
A
menu 2
B
menu 5
C
menu 7
D
menu 1

Slide 2 - Quiz

in welke menu op je GR kun je een tabel vinden
A
menu 2
B
menu 5
C
menu 7
D
menu 1

Slide 3 - Quiz

bij het invullen van een formule in je GR (menu 5 of 7) gebruik je welke x?
A
F5
B
Alpha +

Slide 4 - Quiz

wat klopt hier niet? 

Slide 5 - Slide

wat klopt hier niet?

Slide 6 - Open question

met welke knop kan je bij de grafiek het venster aanpassen?
A
F1
B
F2
C
F3
D
F5

Slide 7 - Quiz

met welke knop kan je bij de grafiek (snij)punten berekenen?
A
F1(Trace)
B
F2(Zoom)
C
F3(v-window)
D
F5(g-solv)

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

Opgave 2 (blz. 100)
bereken in welk jaar het aantal inwoners minder dan 3600 is in je GR.

Slide 10 - Open question

In welk jaar neemt het aantal inwoners voor het eerst met minder dan 200 inwoners af?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

wat was de melkproductie per bedrijf in 1995 in ton.

Slide 13 - Open question

schatten van een tussenliggende waarden in een tabel heet
A
interpoleren
B
extrapoleren
C
gokken
D
geen idee

Slide 14 - Quiz

extrapoleren: x = 118 

Slide 15 - Slide

zoek met behulp van interpoleren de y die bij x = 118 hoort. Rond af op 1 decimalen

Slide 16 - Open question

interpoleren: x = 50 

Slide 17 - Slide

zoek met behulp van interpoleren de y die bij x = 50 hoort. Rond af op 3 decimalen

Slide 18 - Open question

62 van 184 is 32 %
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

een shirt was eerst 50 euro en nu 32 euro, wat is de procentuele afname?

Slide 20 - Open question

12.3% van 28 = 0,123 x 28 = 3,444
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quiz

als een hoeveelheid met 21,73% toeneemt mag ik doen: oud x 0,2173 = nieuw
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quiz

als een hoeveelheid met 21,73% toeneemt mag ik doen: oud x 1,2173 = nieuw
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quiz

als een hoeveelheid met 21% afneemt mag ik doen: oud x 0.79 = nieuw
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

een jas is met 38% korting nog maar 27 euro, wat was de originele prijs? rond af op twee decimalen

Slide 25 - Open question

er komen 21 meisjes met bruin haar op een feestje (wanneer corona voorbij is) dit is 34,4% van het totaal. totaal = ...

Slide 26 - Open question