2H Oefentoets over hoofdstuk 3 (6e editie)

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

2H Oefentoets over hoofdstuk 3

doel:

je weet welke onderdelen goed gaan in hoofdstuk 3 

en welke nog extra aandacht verdienen

Traduisez:
mijn verjaardag

Traduisez:
natuurlijk

Traduisez:
bijna

Traduisez:
voor (plaats)

Traduisez:
hij heeft verloren

Traduisez:
ik ook

Traduisez:
ik wil

Maak de juiste combinaties

désolé(e)

le chapeau

le mois

vraiment

porter

utiliser

la chemise

gebruiken

de hoed

het overhemd

de maand

echt

dragen

sorry

Zet in de juiste kolom

Vouloir

Pouvoir

Nous voulons

We kunnen

Je peux

Tu veux

Hij mag

U wilt

   vouloir

=

willen

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

tu

je/j'

                        veux

                    voulez

                        veut

                        veux

                  veulent

                 voulons

   pouvoir

=

kunnen,

mogen

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

tu

je/j'

  peux

  pouvez

  peut

  peux

  peuvent

 pouvons

Remplissez:
Nous ....... (pouvoir)

Remplissez:
elle ... (vouloir)

wat betekent "vouloir"?

Remplissez:
on........ ( pouvoir)

Remplissez:
elles ........ (vouloir)

Remplissez::
tu .......(vouloir)

Remplissez::
ils .... (pouvoir)

wat betekent pouvoir?

Remplissez:
Je ...... (pouvoir)

Schrijf dit getal in cijfers op:
mille-cinq-cents

Welk getal hoorde je?
Schrijf het op in getallen

Schrijf dit getal in cijfers op:
trois-cent-quatre-vingt-quinze

Schrijf de getallen in cijfers op:
quarante-huit

Schrijf de getallen in cijfers op:
cent-soixante-douze

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in!

.... hôtel

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

... cadeau pour ma mère est super!

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

... couleur est vraiment belle.

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

... filles sont très belles.

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

... prof, monsieur Duval, est sévère.

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

Je trouve que ... exercice (m) est facile.

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

... marque est très populaire.

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

... après-midi j'ai maths.

Vul het juiste aanwijzend voornaamwoord in:

... matin je vais prendre le bus au centre commercial.

Hoe zeg je in het Frans:
Ik wil een overhemd kopen.

Hoe zeg je in het Frans:
Ik draag vaak een rode rok.

Hoe zeg je in het Frans:
Zij heeft maat S.

Traduisez:

La blague n'est pas gentille.

Traduisez:

Gaan we naar de supermarkt?

Traduisez:

Niet slecht.

Traduisez:

Laten we gaan!

Traduisez:

Hoeveel kost het?

Hoe ging deze oefentoets voor jou?

😒🙁😐🙂😃

Waar moet je nog extra aandacht aan besteden qua leren?