persoonsvorm herkennen (pv)
1) past zich aan aan het onderwerp
Ik koop een ijsje.
Hij koopt een ijsje.
2) verandert mee met de tijd
Ik heb een ijsje.
Gisteren had ik een ijsje.
3) staat vooraan wanneer je er een vraagzin van maakt
Jij eet een ijsje.
Eet jij een ijsje.