Havo2 - week 14 - Spelling H5.1 en 5.2 - H2C

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, Di, wo, vrij

Let op: 
Doe mee met de LessonUp, 
Check wat je moet doen  deze week. 
Houd je aan de planner!
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Nederlands
Mevrouw Takken, TNL
tnl@jfc.nl
Ma, Di, wo, vrij

Let op: 
Doe mee met de LessonUp, 
Check wat je moet doen  deze week. 
Houd je aan de planner!

Slide 1 - Slide

- Welkom
- herhaling werkwoordsspelling
- Woordenschat H3
- Aan de slag

Doel: 
- Je kunt citaten op de juiste manier aangeven
- Je gebruikt hoofdletters en kleine letters op de juiste manier. 
- Je schrijft werkwoorden in samengestelde zinnen juist




Vandaag in de les:

Slide 2 - Slide

Werkwoordspelling
In een samengestelde zin moet je extra opletten

Misschien wel 2x PV
Soms infinitief (=hele werkwoord), vaak na te (te lopen, te denken)

Slide 3 - Slide


A
verspreekt
B
verspreken
C
versprak

Slide 4 - Quiz


A
willen
B
wilde
C
wil
D
wouw

Slide 5 - Quiz


A
verleiden
B
verleidden
C
verleid
D
verleidt

Slide 6 - Quiz


A
houden
B
hield
C
houd
D
houdt

Slide 7 - Quiz


A
worden
B
word
C
werd
D
wordt

Slide 8 - Quiz


A
waarderen
B
waardeert
C
gewaardeert
D
gewaardeerd

Slide 9 - Quiz

Vaste voorzetsels en voorzetseluitdrukkingen


Woordenschat H3

Slide 10 - Slide

  1. De voordelen van kleedgeld zal ik toelichten aan de hand van een voorbeeld.
  2. Veel ouders bepalen de hoeveelheid zakgeld met gebruikmaking van de gegevens van Nibud.
  3. Vroeger beslisten mijn ouders over onze vakantiebestemming, maar na verloop van enkele jaren mochten wij meepraten. 
  4. In het kader van de excursie is er een info-avond.
Hoofdstuk 3:
Door welk woord kun je het onderstreepte gedeelte vervangen?

Slide 11 - Slide

  1. De voordelen van kleedgeld zal ik toelichten aan de hand van een voorbeeld.
  2. Veel ouders bepalen de hoeveelheid zakgeld met gebruikmaking van de gegevens van Nibud.
  3. Vroeger beslisten mijn ouders over onze vakantiebestemming, maar na verloop van enkele jaren mochten wij meepraten. 
  4. In het kader van de excursie is er een info-avond.
Hoofdstuk 3:
met
met
na
vanwege/ wegens

Slide 12 - Slide

Verschillende woorden komen altijd voor met een vast voorzetsel:
Afhangen van              Afrekenen met/ afrekenen bij
Genieten van               Rekenen op
Houden van                 bang zijn voor
Verslaafd zijn aan


Vaste voorzetsels

Slide 13 - Slide

Voorzetseluitdrukking: combinatie die altijd hetzelfde is en niet op een andere manier gebruikt kan worden.

Door middel van  → door, met
In verband met → door, wegens
Vaste voorzetsels - voorzetseluitdrukking

Slide 14 - Slide

Wat: 
Lees de theorie door en maak opdracht 1 (over voorzetseluitdrukkingen en opdracht 2 (woordenlijst)

Wanneer: Deze les (niet in de les af = huiswerk)


Aan de slag: woordenschat H3

Slide 15 - Slide