Dag 9

Ik eet een appel. Dat is lekker en .......... gezond.
A
samenstellen
B
concluderen
C
enig
D
bovendien
1 / 12
next
Slide 1: Quiz
NT2BasisschoolGroep 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Ik eet een appel. Dat is lekker en .......... gezond.
A
samenstellen
B
concluderen
C
enig
D
bovendien

Slide 1 - Quiz

We gaan een lekker diner ..................
A
gebrek
B
concluderen
C
samenstellen
D
bovendien

Slide 2 - Quiz

We kunnen nu wel .............. dat ik de slimste ben.
A
samenstellen
B
bovendien
C
concluderen
D
enig

Slide 3 - Quiz

Deze maand heb ik ................ aan geld.
A
enig
B
gebrek
C
bovendien
D
concluderen

Slide 4 - Quiz

Heb jij .......... idee waar die jongen is?
A
samenstellen
B
enig
C
bovendien
D
gebrek

Slide 5 - Quiz

Welk woord past bij de volgende zin?

Ik zag hem net nog fietsen, dus hij kan niet ziek zijn.


Slide 6 - Open question

Welk woord past bij de volgende zin?

Het is jammer dat ik geen suiker heb, want nu kan ik geen taart bakken.

Slide 7 - Open question

Welk woord hoort bij de volgende zin?

Ik hoef nu geen eten, want ik heb al ontbeten en het is ook al bijna lunchtijd.

Slide 8 - Open question

Maak een zin met:
concluderen - hij

Slide 9 - Open question

Wat hoort er bij elkaar?
samenstellen

Slide 10 - Drag question

Maak een zin met:
bovendien - ik

Slide 11 - Open question

Waar heb jij gebrek aan?

Slide 12 - Mind map