Als je een instructie schrijft, let je op het volgende:
Nummer de stappen, zet streepjes of puntjes (dots).
Begin elke stap met een werkwoord in de gebiedende wijs.
(bijvoorbeeld: Pak de schaar.., Draai de knop.., Plaats de stoel..)
3. Maak korte zinnen.
4. Gebruik afbeeldingen.
Extra: Gebruik signaalwoorden voor opsomming of volgorde (van tijd) tussen de stappen!
Doel is: instrueren