26/27 maart: Formatieve toets en oefeningen 7.1 t/m 7.3

26/27 maart: oefenen met spelling 
cursus 7 § 1  § 2 en § 3 (oefeningen)
Mavo 2 periode 4 
week 13 2e les (25 maart)


1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

26/27 maart: oefenen met spelling 
cursus 7 § 1  § 2 en § 3 (oefeningen)
Mavo 2 periode 4 
week 13 2e les (25 maart)


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom 
plattegrond: van mentor
timer
5:00

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Planning
Lezen: Wojtek blz. 59
Huiswerk nakijken
Startopdracht: 
Oefeningen over 7.1 ,7.2 en 7.3 
~pauze~
Zelfstandig oefenen online met 7.1, 7.2 en 7.3 
Afsluiting


timer
10:00

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk check✓
Opdracht 4 blz. 233
a. "Speel de bal door naar Djamilla!", riep de voetbaltrainer. 
b. "Je beugel mag er over een maand uit", zei de orthodontist. 
c. "Waar haalt u uw inspiratie vandaan?", vroeg de interviewer aan de schrijver. 
d. "Ik heb zin in pizza", fluiterde Dex onder de wiskundeles. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk check✓
Opdracht 5 blz. 233
1 Robin zei: ‘Wat kun jij goed dansen.’
2 Kim vroeg aan Kelly: ‘Mag ik je oplader even lenen?’
3 Morris zei tegen de verkoper: ‘Ik wil die broek graag even passen.’
4 De minister sprak: ‘Ik kan me daar niets van herinneren.’


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht
Verzin om de beurt 5 dicteewoorden en de ander schrijft het op. 
Kijk samen na. 
Noem woorden: ...
- ...met wel/niet hoofdletter
- van de verlengproefregel
- (stoffelijke) bijvoeglijke nw 
- met meervoud
- als verkleinwoord

Slide 6 - Slide

1. maart
2. dinsdag
3. blad (van een boom)
4. bn van plastic
5. bn van lekker 
6. mv van brief
7. mv van gans
8. verkleinwoord van koning
9. verkleinwoord van pink
10. verkleinwoord van worm
Doel 7.1, 7.2 komma en 7.3 dubbele punt en aanhalingstekens 



  •  Je weet hoe je de onderdelen hoofdletters, leestekens, laatste letter t/d, bijvoeglijke naamwoorden, meervouden en verkleinwoorden goed moet schrijven. 
  • Je weet  komma's op de juiste manier te gebruiken
  • Je weet de leestekens 'dubbele punt' en 'aanhalingstekens' op de juiste manier te gebruiken. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Oefenen 
  • Maak de volgende opdrachten in je schrift:
blz. 231 opdracht 2
blz. 233 opdracht 6
  • Maak online opdrachten van 7.1, 7.2 en 7.3 

timer
10:00

Slide 8 - Slide

1. meneer Van Dalen
2. Gert de Groot
3. glad 
4. duizendvoud
5.  bn van langzaam: de ....... boot 
6. bn van glas: de ...... fles
7.  mv van fietsdief
8. mv van bezem
9. verkleinwoord van bodem
10. verkleinwoord van lieveling

timer
5:00

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Aan het werk
Ga verder met de online opdrachten van 7.1, 7, 2 en 7.3. 


timer
20:00

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Check de doelen bij jezelf: 
  1. Je weet hoe je de onderdelen hoofdletters, leestekens, laatste letter t/d, bijvoeglijke naamwoorden, meervouden en verkleinwoorden goed moet schrijven. 
  2. Je weet wanneer je een komma, dubbele punt en aanhalingstekens schrijft. 
timer
5:00

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Volgende les 1 april: 
Instructie 7.4 meervouden op 's, -en en -ën

 Huiswerk 1 april:
Leer je aantekening van spelling 7.1, 7.2 en 7.3. 
 Agenda: 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions