In stilte pak je je laptop en log in op de LessonUP.
Draai je laptop om of doe je hoes om je beeldscherm.
\Pak dan je lesboek, schrift, leesboek, mandala, etui en kleurtjes.
Ga lekker kleuren, terwijl je luistert naar de docent die voorleest.
timer
7:00
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2
This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Telefoon in de tas en snel gaan zitten.
In stilte pak je je laptop en log in op de LessonUP.
Draai je laptop om of doe je hoes om je beeldscherm.
\Pak dan je lesboek, schrift, leesboek, mandala, etui en kleurtjes.
Ga lekker kleuren, terwijl je luistert naar de docent die voorleest.
timer
7:00
Slide 1 - Slide
Spelling
leenwoorden
Slide 2 - Slide
Planning
Voorlezen/kleuren (hebben wel al gedaan)
Instructie/quiz
Werken
Afsluiten
Slide 3 - Slide
Lesdoel
Aan het einde van deze les:
weet je hoe je Franse en Engelse leenwoorden correct moet spellen
Slide 4 - Slide
Los de volgende raadsels op: eaurub = werktafel anvarac = vakantiehuisje op wielen wlonc = grappenmaker ywbooc = veedrijver
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Video
Uit welke taal is dit woord afkomstig? 'koffie'
Slide 7 - Open question
Uit welke taal is dit woord afkomstig? 'ballon'
Slide 8 - Open question
Uit welke taal is dit woord afkomstig? 'tulp'
Slide 9 - Open question
Uit welke taal is dit woord afkomstig? 'ski'
Slide 10 - Open question
Leenwoorden
Een leenwoord is een woord dat van een andere taal is geleend.
Je hebt ze op allerlei gebieden, zoals sport (penalty), eten (restaurant), kleding (hoody), uiterlijk (rouge), verkeer (ambulance) en computers (saven).
Slide 11 - Slide
Leenwoorden
De meeste woorden die we overnemen uit andere talen, worden in de loop van de tijd aangepast aan het Nederlandse spellingsysteem.
Slide 12 - Slide
Engelse leenwoorden
Samenstelling: aan elkaar.
(twee of meer losse woorden die samen een nieuw woord vormen)