This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Programma
Wat leer je?
Literaire begrippen
Verhaal de prinses op de erwt
literaire mindmap
Slide 1 - Slide
Wat leer je?
Je leert een aantal literaire begrippen zoals:
- open plek, - perspectief, -tijd en ruimte, - personages
Je gaat dit toepassen in het verhaal
Slide 2 - Slide
Een open plek is....
A
een locatie in het bos
B
een vraag die je hebt bij het lezen van een verhaal
C
een schoolplein
D
een wond aan je lichaam
Slide 3 - Quiz
wat moet je weten van een personage
A
het karakter
B
karakter, uiterlijk, gedrag
C
hoe hij/zij eruit ziet
D
wat het personage doet
Slide 4 - Quiz
De ruimte geeft aan....
A
waar iets zich afspeelt
B
is de locatie
C
bepaalt de sfeer van het verhaal
D
is een voorwerp
Slide 5 - Quiz
chronologische volgorde is:
A
is een flash back
B
zijn tijdsprongen in het verhaal
C
is een flash forward
D
alles wordt verteld in een volgorde, van begin tot eind,
Slide 6 - Quiz
hoeveel vertelperspectieven zijn er?
A
3
B
1
C
2
D
4
Slide 7 - Quiz
Literaire begrippen
* Open plekken
* Personages
* Ruimte en tijd
* Vertelperspectief
Slide 8 - Slide
Open plekken
Niet alles in een verhaal is meteen duidelijk. Sommige situaties roepen vragen op. Het kan om van alles gaan; een personage dat vreemde dingen doet, een situatie die raadselachtig is, je ziet de relatie niet tussen gebeurtenissen, sprongen in de tijd, enzovoorts
Slide 9 - Slide
Personages
Een personage in een verhaal omschrijf je door de belangrijkste eigenschappen te noemen. Die vind je letterlijk in de tekst, of je leidt het karakter af door wat hij/zij zegt of doet. We zoeken dan naar zoveel mogelijk kenmerken van een personage: uiterlijk, man/vrouw, leeftijd, karakter…
Slide 10 - Slide
Personages
Een personage in een verhaal omschrijf je door de belangrijkste eigenschappen te noemen. Die vind je letterlijk in de tekst, of je leidt het karakter af door wat hij/zij zegt of doet. We zoeken dan naar zoveel mogelijk kenmerken van een personage: uiterlijk, man/vrouw, leeftijd, karakter…
Slide 11 - Slide
Ruimte
Ruimte: -plaats, -voorwerpen, -weer en klimaat, -tijdstip
De ruimte bepaalt de sfeer van het verhaal
(vb: 's avonds, donker, in het bos)
Slide 12 - Slide
www.childstories.org
Slide 13 - Link
Literaire mindmap
We luisteren naar het verhaal: Prinses op de erwt
Daarna ga je een literaire mindmap maken over het verhaal:
open plek
personages
ruimte
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Programma
Wat leer je?
Literaire begrippen
Verhaal de prinses op de erwt
literaire mindmap
Slide 16 - Slide
Terugblik vorige les
Literaire begrippen?
Verhaal de prinses op de erwt
literaire mindmap
Slide 17 - Slide
Ruimte
Ruimte: -plaats, -voorwerpen, -weer en klimaat, -tijdstip
De ruimte bepaalt de sfeer van het verhaal
(vb: 's avonds, donker, in het bos)
Slide 18 - Slide
Tijd
-chronologisch, alles wordt verteld in een volgorde, van begin tot eind, --- terugverwijzing: er wordt kort herinnerd over iets dat in het verleden is gebeurd, -flashback: in het verhaal word je meegenomen naar het verleden, -flashforward: je wordt meegenomen naar de toekomst
Slide 19 - Slide
Perspectief
* Ik-verteller: De verteller is de ik-figuur, je ziet het verhaal door zijn/haar ogen
* Personaleverteller: de verteller is onzichtbaar, hij staat buiten het verhaal. Hij vertelt over één hij of zij, je ziet het verhaal door haar/zijn ogen.
* Alwetendeverteller: De verteller staat buiten het verhaal, maar geeft er soms wel commentaar op. Hij volgt meerdere personages, hij weet van alle personages wat zij zien, denken en voelen
Slide 20 - Slide
Literaire mindmap
Verder werken aan je literaire mindmap maken over het verhaal: