Opvoeding en Ontwikkeling p3 les 2Taalontwikkeling oudere kind

Les 2: Taalontwikkeling oudere kind en meertaligheid
Programma:
Terugkijken les 1 
Wat gaan we leren? 
Theorie
Opdrachten 


1 / 15
next
Slide 1: Slide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Les 2: Taalontwikkeling oudere kind en meertaligheid
Programma:
Terugkijken les 1 
Wat gaan we leren? 
Theorie
Opdrachten 


Slide 1 - Slide

Terugkijken les 1
Wat was het onderwerp ?
Wat weet je nog? 
Opdracht boeken 

Slide 2 - Slide

Na deze les 
  • ken je de begrippen van de taalontwikkeling en gebruikt deze bij het   beschrijven van de taalontwikkeling bij kinderen/jongeren van 5 – 21 jaar (woordenschat, woordbegrip, functioneel taalgebruik, etc.. )
  • weet  je hoe de taalontwikkeling van het kind/ de jongere van 5 -21 jaar   verloopt.
  • weet  je manieren  om de  taalontwikkeling te stimuleren bij de   verschillende leeftijdsfasen van het oudere kind.
  • weet  je globaal hoe de taalontwikkeling bij meertalige kinderen verloopt.



 







Slide 3 - Slide

een taalspelletje...de letter.....
In 1 minuut met deze  letter een woord zoeken bij welke categorie:
- Sport
- Hobby
- Beroemde Nederlander  
- Land
- Groente
- titel liedje 
( zie volgende dia) 


timer
1:00

Slide 4 - Slide

sport/ hobby/BN-er/groente/land/titel van een liedje

Slide 5 - Open question

Begrippen van dit hoofdstuk 
Wat betekenende volgende begrippen: 
- ontwikkelingsstotteren
- lichaamstaal
- letterlijk taalgebruik- figuurlijk taalgebruik
- woordbegrip 
- meertaligheid

Slide 6 - Slide

ontwikkeling bij  het oudere kind 
5-9 jaar: 
taalregels zijn bekend 
maken goede zinnen
kunnen woorden vervoegen
zinnen worden complexer
bijwoorden en bijv naamwoorden: nauwelijks, alsof, vergeetachtige
lerenlezen: veel nieuwe woorden en uitdrukkingen  
eigen taalcultuur: spelen met taal (rijmen, gekke woorden ) 


Slide 7 - Slide

10 - 12 jaar 
Figuurlijk taalgebruik 
Spreekwoorden/gezegdes
Uitbereiding woordenschat: 
-synoniemen en homoniemen 
Op hoger niveau naar woordenkijken 
Kunnen zelfstandig lezen


Slide 8 - Slide

Taalontwikkeling 12- 21 jaar
Stemmen taalgebruik af op ontvanger: 
- motivatiebrief of social media
- op school of op straat 
Taal als uiting van mening en gevoelens 
_ rap, songteksten, dagboek etc..

Slide 9 - Slide

Aan de slag ( naar keuze docent )
Of
Maak opdrachten uit boek blz 102 t/m 103

Of 
Bekijk per fase ( 5-9 / 10/12 / 12 jr e.o )  wat je het beste aankunt bieden en hoe je begeleiding eruit zou moeten zien 

Slide 10 - Slide

meertaligheid
voor  het 7e jaar 
na het 7e jaar  
woordenschat in 2 talen.
verwarring grammaticaregels 


(korte behandeling theorie, dit onderwerp komt in jaar 2 terug) 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Eindopdracht
Je gaat twee taalactiviteiten bedenken:                                                                                
één voor leeftijd van 5-9 / één voor  10 - 12 jaar 
  1. Beschrijf  het doel
  2. Wat houdt de activiteit in:  beschrijf duidelijk en concreet
  3. Waarom past deze activiteit bij de ontwikkelingsfase bij deze leeftijd (de theorie uit het boek gebruiken ) 
  4. Waar let je op bij het begeleiden van de kinderen (de theorie uit hetboek gebruiken)





Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Na deze les 
  • ken je de begrippen van de taalontwikkeling en gebruikt deze bij het beschrijven van de taalontwikkeling bij kinderen/jongeren van 5 – 21 jaar (woordenschat, woordbegrip, functioneel taalgebruik, etc.. )
  • weet  je hoe de taalontwikkeling van het kind/ de jongere van 5 -21 jaar verloopt.
  • weet  je manieren  om de  taalontwikkeling te stimuleren bij de verschillende leeftijdsfasen van het oudere kind.
  • weet  je globaal hoe de taalontwikkeling bij meertalige kinderen verloopt.



 







Slide 15 - Slide