What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
blok 2 gramm (8-9-10 RvL) bezittelijk/persoonlijk vnw
Nederlands
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Nederlands
Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Slide 1 - Slide
lesdoelen
Je kan aan het einde van de les de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden zelf toepassen en weet het verschil tussen de twee voornaamwoorden.
Slide 2 - Slide
Dit weet je al:
-
znw
(zelfstandig naamwoord. Namen van mensen / dieren / dingen / aardrijkskundige namen / emoties)
-
bnw
(bijvoeglijke naamwoorden. Zeggen iets over een zelfstandig naamwoord.)
-
lw
(de / het / een)
-
vz
(... de kast .... het schoolfeest)
Slide 3 - Slide
de
A
lw
B
znw
C
bnw
D
vz
Slide 4 - Quiz
A
lw
B
znw
C
bnw
D
vz
Slide 5 - Quiz
A
lw
B
znw
C
bnw
D
vz
Slide 6 - Quiz
A
lw
B
znw
C
bnw
D
vz
Slide 7 - Quiz
rode
A
lw
B
znw
C
bnw
D
vz
Slide 8 - Quiz
kettinkje
A
lw
B
znw
C
bnw
D
vz
Slide 9 - Quiz
op
A
lw
B
znw
C
bnw
D
vz
Slide 10 - Quiz
Wij gaan morgen op vakantie. Ons vliegtuig vertrekt om acht uur.
Noteer alle zelfstandige naamwoorden.
Slide 11 - Open question
Ik heb mijn koffer al ingepakt. Hij is erg zwaar.
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
De tandarts is vandaag afwezig, want is ziek.
Nina vindt John leuk. Ze is verliefd op
Wanneer gaan verhuizen?
Hoeveel boterhammen eet per dag?
hij
je
ik
hem
zij
Slide 18 - Drag question
Mijn fiets is gestolen.
Mijn=
A
persoonlijk voornaamwoord
B
bezittelijk voornaamwoord
C
voorzetsel
D
bijvoeglijk naamwoord
Slide 19 - Quiz
De woorden 'ik, mij, wij' zijn voorbeelden van persoonlijke voornaamwoorden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Welke van de onderstaande voorbeelden bevat een persoonlijk voornaamwoord?
A
Jouw verhaal
B
Het verhaal van jou
C
Onze telefoon
D
Geef elkaar een hand
Slide 21 - Quiz
Door welke persoonlijke voornaamwoorden kan je de personen in deze zin vervangen?
2. Mijn moeder heeft Mick straf gegeven.
A
Zij + hij
B
Zij + hem
C
Haar + hij
D
Haar + hem
Slide 22 - Quiz
Het woord:
JOUW
is een
A
persoonlijk voornaamwoord
B
vragend voornaamwoord
C
wederkerend voornaamwoord
D
bezittelijk voornaamwoord
Slide 23 - Quiz
Huiswerk
Maak opdracht 8-9-10
blz 74-75
Slide 24 - Slide
Wat is het verschil tussen een persoonlijk en een bezittelijk voornaamwoord?
Slide 25 - Open question
Noem vijf bezittelijke of persoonlijke voornaamwoorden.
Slide 26 - Open question
More lessons like this
2.3 les 1-voornaamwoorden
December 2022
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
H2 6-10
October 2022
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Extra: woordsoorten + koppelwerkwoord(2Q en 2R)
March 2020
- Lesson with
20 slides
Middelbare school
gram opdr 2-3 (rvl)
January 2024
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
VWO 1 h.7.1 grammatica woordsoorten pers.vnw, bez.vnw
March 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Les 2: herhalen theorie, nakijken opdr. 1, uitleg voornaamwoorden (1)
February 2019
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Les 2: herhalen theorie, nakijken opdr. 1, uitleg voornaamwoorden (1)
October 2019
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
gram blok 2 pers vnw (9-10-11) (Rv)
March 2024
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1-4