3.3 Lezen

Welkom bij Nederlands!
1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!

Slide 1 - Slide

In deze les:
  • Terugblik op de vorige les
  • Uitleg:
    - mening en argument
    - signaalwoord: reden
    - tekstdoel: overtuigen
    - signaalwoord: conclusie

  • Samen van 2.3 Lezen: opdracht 1, 3, en 4 op bladzijde 162 en 163
  • Zelfstandig maken: opdracht 5, 10, 11, 14, 15 en 16 (blz. 164 t/m 171

  • Afsluiting


Doelen van deze les:
  1. Aan het einde van de les kun je meningen en argumenten herkennen in een tekst.

  2. Aan het einde van de les kun je de signaalwoorden die een reden en een conclusie aangeven herkennen. 

  3.  Aan het einde van de les kun je vertellen wat een betoog is. 

  4. Aan het einde van de les kun je uitleggen hoe je het tekstdoel overtuigen herkent.

Slide 2 - Slide

3.3 Lezen: uitleg

Slide 3 - Slide

Mening en argument
Als je vertelt wat je van iets vindt, dan geef je je mening

Vaak geef je daar een argument bij: de reden waarom je iets vindt.


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Samen van 2.3 Lezen: opdracht 1, 3, en 4 op bladzijde 162 en 163

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

3.3 Lezen: uitleg

Slide 8 - Slide

signaalwoorden

Slide 9 - Slide

Reden
Signaalwoorden die een reden aangeven zijn:

want, omdat, daarom, vanwege, immers, namelijk.

Ik ga vanmiddag met mijn moeder winkelen, want ik heb een nieuwe broek nodig

Slide 10 - Slide

Signaalwoord: conclusie
In het slot van een betoog trekt de schrijver een conclusie. Je herkent de conclusie aan de signaalwoorden dus of kortom.

  • Meer sport op school betekent dus gezondere én slimmere leerlingen.
  • Kortom, er zijn alleen maar voordelen aan het inkorten van de leerplicht.

Slide 11 - Slide

tekstdoelen

Slide 12 - Slide

een betoog
Een betoog is een tekst waarmee de schrijver de lezer wil overtuigen van zijn mening.
Een betoog bestaat uit drie delen: inleiding, kern en slot.
• In de inleiding geeft de schrijver zijn mening over het onderwerp.
• In de kern geeft hij de argumenten voor zijn mening.
• In het slot geeft hij zijn eindoordeel: zijn conclusie. Daarbij herhaalt hij zijn mening.

Slide 13 - Slide

Zelfstandig maken:
opdracht 5, 10, 11, 12, 14, 15 en 16 (blz. 164 t/m 171)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Doelen van deze les:
  1. Aan het einde van de les kun je meningen en argumenten herkennen in een tekst.
  2. Aan het einde van de les kun je de signaalwoorden die een reden en een conclusie aangeven herkennen.
  3.  Aan het einde van de les kun je vertellen wat een betoog is.
  4. Aan het einde van de les kun je uitleggen hoe je het tekstdoel overtuigen herkent.



Slide 16 - Slide

Opbouw van een langere tekst
Een langere geschreven tekst is vaak uit drie delen opgebouwd: 
  • een inleiding
  • een middenstuk
  • een slot.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

2.3 Lezen: opdracht 4, 5 en 6

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

De kern

Slide 22 - Slide

4.4 Zin- en alineaverbanden

Slide 23 - Slide

Zin- en alineaverbanden

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide