Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Goederenstroom
Periode 2 week 4
Slide 1 - Diapositive
Agenda
Week 1: Voorraadbeheer
Week 2: Voorraadbeheer
Week 3: Online en offline
Week 4: Online en offline
Week 5: Online en offline
Week 6: Derving
Week 7: Derving
Week 8: Derving
Week 9: Inleveren verslag
Slide 2 - Diapositive
Doel van deze les
Aan het einde van de les..
.. weet je het verschil tussen online en offline.
.. leer je wat een pick-up-point is.
.. weet je wat retouren zijn.
Slide 3 - Diapositive
Wat maakt goed voorraadbeheer niet mogelijk?
A
De voorraadkosten te beperken
B
Lege schappen te voorkomen.
C
De winstgevendheid te vergroten
D
Veel dering
Slide 4 - Quiz
Voorraadbeheer
Goed voorraadbeheer maakt het mogelijk om:
1. De voorraadkosten te beperken
2. Lege schappen te voorkomen
3. De winstgevendheid te verhogen
Slide 5 - Diapositive
Online en offline
Klanten kunnen goederen offline kopen, in een fysieke winkel, en online,in een webwinkel.
Online winkelen is mede door corona niet meer weg te denken.
.. en mensen sturen en brengen de online gekochte spullen massaal weer terug.
Slide 6 - Diapositive
Online en offline
Klanten kunnen goederen offline kopen, in een fysieke winkel, en online, in een webwinkel. Steeds meer winkels kiezen voor de combinatie.
Dit vraagt om een goede administratie.
Slide 7 - Diapositive
Informatiesysteem
Informatiesysteem is een algemeen woord voor allerlei systemen en toepassingen die je kunt gebruiken om aan informatie te komen.
Met een informatiesysteem kan je gegevens verzamelen, vastleggen, bewerken, analyseren en rapporteren.
Slide 8 - Diapositive
Voor en nadelen
Tijdwinst
Minder fouten door rekenen door de computer
Minder kosten omdat het gelijk in de computer staat
Betere controlemogelijkheden
Vergissing bij invoeren
Mensen denken zelf niet meer na.
Slide 9 - Diapositive
ERP
Grootwinkelbedrijven werken meestal met ERP-systemen. Enterprise Resource Planning is een computerprogramma.
Het gaat om een complex en uitgebreid programma dat voor alle processen in het hele bedrijf gebruikt wordt. Een zeer uitgebreide informatiesysteem.
Slide 10 - Diapositive
Voorraadbeheer
Online en offline maakt dus een extra uitdaging om de voorraad goed op peil te houden.
Je moet de voorraad goed in de gaten houden. Informatiesystemen helpen je hierbij.
Slide 11 - Diapositive
Retour economie
De combinatie tussen webwinkel en fysieke winkel vraag om een goed administratief systeem om alle retour artikelen goed te kunnen verwerken.
Informatiesystemen bieden de oplossing
Slide 12 - Diapositive
Retour economie
De klant van een online winkel heeft altijd recht op retour. Zonder opgaaf van reden mag hij de goederen terugzenden.
Daarom moet je als online winkelier de retourstromen goed organiseren en administreren.
Slide 13 - Diapositive
Bestelsystemen
Je kunt op verschillende manieren bestellingen plaatsen. De volgende systemen komen het meeste voor:
1. Order entry-systeem
2. Automatische bestelsysteem
Slide 14 - Diapositive
Order entry-systeem
Order entry is het proces waarbij verkooporders en inkooporders worden opgenomen en terechtkomen in het systeem van het bedrijf.
Voorheen ging dit vooral op papier. Tegenwoordig vindt order entry meestal geheel of gedeeltelijk digitaal plaats.
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Goederen verzamelen
In sommige winkels zal je de goederen die door een klant (online) besteld zijn per order aangeleverd krijgen vanuit een distributiecentrum.
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Vidéo
Pick-up-points
Klanten kunnen een bestelling ophalen die ze online geplaatst hebben.
Klanten halen hun boodschappen op bij pick-up-points waar de medewerkers de order hebben klaargezet.
Bij sommige winkels komt de bestelling compleet binnen en hoeft het personeel niks te doen.
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Vidéo
Order verzamen in winkel of magazijn
In winkels waar de (online) order in de winkel of het eigen magazijn worden verzameld, ben je vaak zelf verantwoordelijk voor de aansturing van de medewerkers die de orders verzamelen.
Wie de bestelling gaat verzamelen, zal afhangen van de winkel.
Slide 21 - Diapositive
Orders verzamelen
-> Om welke order gaat het
-> Of je rekening moet houden met speciale wensen klant
-> Met welk systeem of op welke manier je verzamelt
-> waar de goederen staan
-> welke route er eventueel wordt gebruikt
-> waar de goederen naartoe moeten
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Vidéo
Goederen verzendklaar maken
Als goederen zijn verzameld (gepickt) en gecontroleerd, zijn ze klaar om opgehaald of verzonden te worden. Voor je de goederen verzendt, controleer je ze nog een laatste keer. Daarna zijn de goederen klaar voor verzending.
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
1. Sorteren
Sorteren betekend dat je de goederen bij elkaar zet die bij elkaar horen.
Slide 27 - Diapositive
2. Verpakken
Na het sorteren verpak je de goederen.
Verpakkingen kunnen gemaakt zijn van papier en karton, kunststof, hout, glas of metaal.
Verpakkingen kosten grondstof, maar beschermen het product.
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Opdracht
1. Verpakkingen kunnen gemaakt zijn van verschillende materialen. Noem twee soorten materialen.
2. Welke materialen gebruik je vooral bij het verzendklaar maken van online bestellingen? Let uit waarom
3. Noem drie soorten vulmateriaal
Slide 30 - Diapositive
3. Verzendklaar maken
Als je de goederen hebt gecontroleerd en verpakt in verzendeenheden, en voorzien van een sticker, dan maak je ze klaar voor verzending.
Stuur ook een factuur en pakbon mee + retourformulier.
Slide 31 - Diapositive
Opdracht
1. Je verstuurt twee boeken naar een klant. Gebruik je een doosje of een envloppe met noppenfolie. Leg je keuze uit.
2. Je verstuurt tien boeken naar een klant. Welke verpakking kies je?
Slide 32 - Diapositive
4. Klaarzetten
Als je de verzendeenheden netjes hebt verpakt, zet je deze klaar voor vervoer. Dit kan met een vrachtwagen van de winkel. Ook kan de klant het product ophalen in de winkel via een pickuppoint. Of verzonden worden via een track en trace.
Slide 33 - Diapositive
5. Laden
Als je alles gecontroleerd heb kan het product geladen worden. Let goed op dat je het verwerkt in het management informatie systeem!
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Vidéo
Opdracht
Bekijk de volgende video. Welke stappen zie je er allemaal in terug?
Slide 36 - Diapositive
Slide 37 - Vidéo
Challenge week 4
1. Uit welke fases bestaat het goederen verzendklaar maken?
2. Wat doet een orderpicker?
3. Wat is een pick-up-point?
4. Hoe worden bij jou op stage goederen verzendklaar gemaakt?
5. Op welke manier worden bij jou op stage producten verpakt?
Slide 38 - Diapositive
Week 5
Slide 39 - Diapositive
Verzendkosten
Het verzenden van producten brengt kosten met zich mee.
Deze worden vaak doorberekend aan de klant.
tenzij..
Slide 40 - Diapositive
Wat is fulfilment?
Slide 41 - Question ouverte
Fulfilment
Fulfilment is het afhandelen van bestellingen uit webshops.
Alle taken worden door een ander bedrijf uitgevoerd vanaf het moment dat de klant op ''bestellen'' klikt.
Slide 42 - Diapositive
Slide 43 - Vidéo
Challenge week 3
Ga op onderzoek uit en beantwoord de volgende vragen:
1. Verkoopt je stageplek zowel producten online als offline? Waarom wel of waarom niet?
2. Gebruikt je stageplek een management informatie systeem? Zoja, wat kan je allemaal met dit systeem doen?
3. Hoe flexibel zijn jullie met het terugnemen van retouren? Wat gebeurt er met het product als het is teruggebracht?