5.5 impulsen

5.5 impulsen
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

5.5 impulsen

Slide 1 - Diapositive

TO DO - deze week


les 1       * PO reflexen en PO strooptest
                * werken aan opdrachten 5.3 en 5.4
  
les 2       * 5.5: werken aan stop motion impulsgeleiding / impulsoverdracht

les 3        * 5.5: afmaken stop motion + laten zien


SO begrippen is na de toetsweek en activiteitenweek     
toetsweek - H1 t/m H5 (nadruk op H4 en H5)

Slide 2 - Diapositive

LEERDOELEN
5.5
* je kunt beschrijven hoe impulsgeleiding plaatsvindt
* je kunt beschrijven hoe impulsoverdracht plaatsvindt

Slide 3 - Diapositive

stop motion 5.5
Lees eerst blz. 36 t/m 41. Schrijf op het bord of je kiest voor impulsgeleiding of impulsoverdracht.

Download een app waarmee je een stop motionfilmpje kan maken, bijvoorbeeld de app Stop Motion Studio. 

Gebruik gekleurd papier om de verschillende onderdelen uit te knippen. 
Maak GROTE onderdelen. 

Slide 4 - Diapositive

UITLEGFILM
Noteer / teken iets over de volgende begrippen: 
IONEN
RUSTPOTENTIAAL 
ACTIEPOTENTIAAL 
DREMPELWAARDE                 
IMPULSGELEIDING
IONKANALEN 
Na+/K+ - POMP


Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Lien

TO DO - deze week
En dan nu... 

di            * zelf werken in stilte
                           opdrachten maken: 5.4 (29, 30, 33) en 5.5 (36, 39, 40, 41)
                           samenvatting maken - noteer BINAS tabellen!
                           begrippen leren - noteer BINAS tabellen!

                * 14.00: test jezelf over 5.4 en 5.5 



timer
15:00

Slide 10 - Diapositive

Zie je hier een bewuste reactie of een reflex?
A
bewuste reactie
B
reflex

Slide 11 - Quiz

Iemand schrijft een brief.
Is het animale of autonome zenuwstelsel actief?
A
Geen van beide
B
Animale
C
Autonome
D
Animaal en autonoom

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Diapositive

Het autonome zenuwstelsel bestaat uit 2 delen: parasympatisch en orthosympatisch.

Welk deel zorgt ervoor dat je lichaam in rust komt?
A
het parasympatische deel
B
het orthosympatische deel

Slide 14 - Quiz

Het autonome zenuwstelsel bestaat uit 2 delen: parasympatisch en orthosympatisch.

Zit er in elk orgaan van elk deel een zenuw?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

AUTONOOM zenuwstelsel bestaat uit 
parasympatisch en orthosympatisch deel
PARA
RUST 
VERTERING



ORTHO
ACTIE

dubbele innervatie
zenuwen van beide delen in elk orgaan

Slide 16 - Diapositive

Is het effect van adrenaline gelijk aan die van het para- of orthosympatisch zenuwstelsel?
A
parasympatisch
B
orthosympatisch

Slide 17 - Quiz

Denk aan wat je weet over de kniepeesreflex.
Via welke delen verlopen de impulsen?

zintuigcellen → zenuwen → .......... → zenuwen → spieren
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam
D
Ruggenmerg

Slide 18 - Quiz

Wat zorgt ervoor dat een Na-kanaal of K-kanaal open gaat?
A
Er bindt een molecuul aan.
B
Dat hangt af van het potentiaal over het membraan.
C
Met behulp van ATP.

Slide 19 - Quiz

openen en sluiten van kanalen

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Welke uitspraak is juist?

UITSPRAAK 1: Neurotransmitters zorgen er voor dat een actiepotentiaal wordt doorgegeven tussen zenuwcellen, spieren en klieren.
UITSPRAAK 2: Neurotransmitters binden zich aan Na-kanalen, waardoor die open gaan. Zo wordt het signaal doorgegeven.

A
uitspraak 1
B
uitspraak 2
C
geen van beide
D
allebei

Slide 22 - Quiz

Geef deze les beoordeling.
A
Onvoldoende!
B
Voldoende.
C
Goed.
D
Zeer goed!

Slide 23 - Quiz

Leg je beoordeling uit:
Wat vond je goed? Wat kan er beter?

Slide 24 - Question ouverte