4.3 Herh.klas 4 proeven, ruiken, voelen en klas 3 na kerstvak


H4.3 proeven, ruiken, voelen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon


H4.3 proeven, ruiken, voelen

Slide 1 - Diapositive

Ruiken is belangrijk!
  • Kan ons beschermen:
    - voor gevaar, denk aan brandlucht of gaslucht
    - voor bedorven voedsel, je ruikt vaak wanneer je eten niet  goed meer is 
     - filtert de lucht (stof en vuil) met neusharen
     - bevochtigd en warmt de lucht op, voor het de longen bereikt

Slide 2 - Diapositive

De neus 
  • Ruiken doe je met reukzintuig in je neus.
  • Reukzintuig neemt waar
  • Prikkel wordt impuls
  • Impuls via reukzenuw naar hersenen
  • Hersenen geven aan welke geur het is

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Je loopt de keuken in, daar staat een appeltaart, net uit de oven. Wat is de juiste volgorde van onderstaande gebeurtenissen?
-->
-->
-->
-->
-->
-->
Er komen geurstoffen vrij uit de appeltaart
Je reukzintuig wordt geprikkeld
Je weet wat je ruikt: appeltaart
Er gaan berichten van je reukzintuig naar je hersenen
Je besluit een stukje taart te nemen
Er gaan berichten van de hersenen naar je armspieren

Slide 5 - Question de remorquage

Proeven
Ruiken helpt bij het waarnemen van een smaak.
Bij proeven voegen je hersenen de informatie van
de smaakzintuigen en van het reukzintuig samen.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

umami = hartig
bijvoorbeeld de smaak van oude kaas

Slide 8 - Diapositive

Tong
  • is ruw
  • op je tong liggen kleine uitsteeksels. Dit zijn smaakpapillen
  • Hiertussen liggen smaakzintuigen
  • Smaakstoffen prikkelen de smaakzintuigen

Slide 9 - Diapositive

Waardoor proef je je eten?

- in voedsel zitten smaakstoffen
- smaakstoffen zijn de prikkels 
   voor de smaakzintuigen
- de tong is gevoelig voor 5 (6) smaken
   zoet, zout, zuur, bitter en umami
- iedere smaak heeft zijn eigen 
   gebied
- gebieden zijn minder duidelijk dan men vroeger dacht

Slide 10 - Diapositive

De huid
Alle zintuigen in de huid liggen in de lederhuid
Warmtezintuigen: prikkel = hogere temperatuur
Koudezintuigen: prikkel = lagere temperatuur
Tastzintuigen: prikkel = hoe een voorwerp voelt
Pijnzintuigen: prikkel = pijn

Slide 11 - Diapositive

Wat is de eerste laag die je tegen komt in je huid?
A
Lederhuid
B
Vetweefsel
C
Opperhuid
D
Onderhuidbindweefsel

Slide 12 - Quiz

Hoeveel verschillende zintuigen liggen er in je huid?
A
2
B
3
C
6
D
4

Slide 13 - Quiz

In welke laag zitten de druk-,pijn-en tastzintuigen?
A
hoornlaag
B
lederhuid
C
kiemlaag

Slide 14 - Quiz

Lichaamstemperatuur te hoog?
  1. Bloedvaten worden wijder
  2. Huid wordt rood en warm
  3. Via de huid wordt warmte afgegeven aan de omgeving-> Je koelt af.
  4. Zweetklieren maken zweet.

Slide 15 - Diapositive

Lichaamstemperatuur te laag?
Bloedvaten worden nauwer
Huid wordt bleek.
Minder warmte wordt afgegeven aan de omgeving.
Je gaat rillen-> spieren gaan bewegen-> er komt warmte vrij.

Slide 16 - Diapositive

Het skelet is een ...
A
organisme
B
orgaanstelsel
C
orgaan
D
cel

Slide 17 - Quiz

Je opperarmbeen is aangegeven met......
2
3
4
5
A
nummer 2
B
nummer 3
C
nummer 4
D
nummer 5

Slide 18 - Quiz

Wat voor gewricht zit hier?
Tussen schouderblad en opperarmbeen.
A
Scharniergewricht
B
Kogelgewricht
C
Rolgewricht
D
Geen gewricht

Slide 19 - Quiz

Welke blessure
is dit?

A
Voetbalknie
B
Ontwrichting
C
Verstuiking of Verzwikking
D
Botbreuk

Slide 20 - Quiz

Welke dieren zijn teengangers?

A
Hyena en kat
B
Hyena
C
Kat
D
Hyena, muis, en kat

Slide 21 - Quiz

In welk gebied bevindt zich de gele vlek?
A
Gebied 1
B
Gebied 2
C
Gebied 3

Slide 22 - Quiz

een aantal zintuigcellen in het oog op het netvlies zijn kegeltjes deze zijn om..
A
beeldvorming te maken
B
kleuren te zien
C
scherpte van het beeld te stellen
D
zwart/wit te zien

Slide 23 - Quiz

Kegeltjes...
A
hebben een hogere drempelwaarde dan staafjes
B
hebben een lagere drempelwaarde dan staafjes

Slide 24 - Quiz

4 basis en kader
Maak de Test jezelf van H4.3 proeven, ruiken, voelen
Kijk na / leer H11 en H4. Maak examenvragen

Slide 25 - Diapositive

3TL

H4.3 opdr.1 t/m 4, 6 t/m 9 (10 mag), 11 t/m 14

H4.4 opdr.3 t/m 7
Kijk na

3Basis

H4.3 opdr. 1 t/m 5, 7 t/m11, 13 t/m 15
H4.4 opdr. 1 t/m 6
Kijk na

3 Kader
H4.3 opdr.1, 4, 5, 9 t/m 12
H4.4 opdr. 3 t/m7
Kijk na






Slide 26 - Diapositive