Klas 1/2A 22-4

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.

  • Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag.
  • Geluid uit, camera even aan. 

1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.

  • Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag.
  • Geluid uit, camera even aan. 

Slide 1 - Diapositive

Regels tijdens online les
met Microsoft Teams
en in de klas

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wiskunde

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Lien

Slide 8 - Diapositive

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 9 - Diapositive

Biologie

Slide 10 - Diapositive

Chef-kok
In restaurants staan elke avond opnieuw koks het eten te bereiden. Daarbij gebruiken ze al hun zintuigen.
Bas is chef-kok in een groot restaurant. Samen met de andere koks verzorgt hij elke avond het menu voor de gasten. Bas stuurt de andere koks aan, controleert de kwaliteit van de maaltijden en helpt zelf mee waar dat nodig is.

Om de kwaliteit te controleren, proeft Bas veel gerechten. Voordat hij proeft, snuift hij de geur van het gerecht op. Daarna neemt Bas een hapje. Bas voelt dan de structuur van het gerecht in zijn mond. Wanneer hij bijvoorbeeld aardappelpuree eet, wil hij geen klontjes voelen, maar een gladde puree. Dan proeft hij het eten, waarbij hij de smaak beoordeelt. Tot slot houdt Bas in de gaten hoe de borden worden opgemaakt. Als de borden er mooi uitzien, mogen ze naar de gasten.

In de keuken kan het erg druk zijn en moet je snel werken. Dan gaat er weleens iets mis. De meeste koks hebben wel een oude snijwond of brandwond op hun handen. Omdat het zo druk is, moeten de koks goed samenwerken. Als er een bestelling binnenkomt, roept Bas door de keuken wat er is besteld. Alle koks moeten dan antwoorden: Ja chef! Zo weet Bas dat iedereen hem heeft gehoord.



Slide 11 - Diapositive

Welk(e) zintuig(en) gebruikt Bas als hij het eten controleert?
A
tong (proeven)
B
neus (ruiken)
C
huid (voelen)
D
ogen (kijken)

Slide 12 - Quiz

Welk zintuig gebruikt Bas als hij een bestelling doorgeeft?

Slide 13 - Carte mentale

Een zintuig stuurt een seintje naar de hersenen, hoe heet dit?
A
impuls
B
prikkel
C
respons

Slide 14 - Quiz

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 15 - Diapositive

Pauze
timer
15:00

Slide 16 - Diapositive

Werk afmaken
timer
30:00

Slide 17 - Diapositive

Aardrijkskunde

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Diapositive

Aan de slag!
timer
1:00

Slide 21 - Diapositive

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 22 - Diapositive

Engels

Slide 23 - Diapositive

Answer the question

Hiernaast zie je een Wordle over de leestekst. Hoe vaker een woord voorkomt in de tekst, hoe groter het wordt afgedrukt in de Wordle. Geef in het Nederlands aan waarover jij denkt dat de tekst gaat. Noem twee of drie dingen die je over ketchup zult lezen.

Slide 24 - Diapositive

De tekst gaat over ketchup en, ik denk, vooral over ...

Slide 25 - Carte mentale

Slide 26 - Diapositive

Wat betekent het woord: partly?
(regel 3)

Slide 27 - Question ouverte

Wat betekent het woord: however?
(regel 6)

Slide 28 - Question ouverte

Wat betekent het woord: spices?
(regel 10)

Slide 29 - Question ouverte

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 30 - Diapositive

Afsluiting

Slide 31 - Diapositive