presentatie 21e eeuwse vaardigheden en e.f. anika en mirek

• Geen
• HBO
• Studiejaar 4

Myrinne van Mierlo

Zie ik je op linkedIn? 

21 eeuwse vaardigheden
executieve functies

Kwalificeren (toetscultuur)             vaardigheden (21e eeuwse)            persoonsvorming en burgerschap

Intergraal en ontwikkelingsgericht werken. Formatief handelen.
Focus op zelfregulering en zelf management.
Executieve functies

   Proces/
Persoons-vorming 

    Vaardig-heden/ Socialisatie 

    Kennis/
kwalificeren 

Taak van het Onderwijs

*Biesta

Focus op onderwijs.

Wat betekent dit voor het onderwijs?

Mirek

Annika

Waarom zijn 21e eeuwse vaardigheden belangrijk?

• Van wat naar hoe: ideeën en concepten ook uit kunnen voeren.
• Algemene vorming om je te kunnen redden in de maatschappij.
• Dezelfde taal over leren en vaardigheden in een doorlopende leerlijn.
• Voorbereiden op wendbaar vakmanschap en burgerschap.

we bedoelen met punt twee dat alle onderwijs tijd gebruikt wordt om leren bewust en zicht baar te maken en niet alleen aan het einde bij een toets

Executieve functies

Hersenontwikkeling

• Van achter naar voren
• Van binnen naar buiten

Intelligentie en Executieve functies...

Skills en executieve functies?

Link met leren en ontwikkelen.

• Executieve functie zijn vormend voor jou als mens. Het is de brug naar impliciete kennis en kwaliteitsbesef.
•  Executieve functies zijn nodig als je bewust gedrag wilt aansturen (leren).
• Omdat kennis snel verouderd willen we de lerenden opleiden tot personen met optimale zelfsturing.
• Executieve functies ontwikkelen zich je hele leven. Het leren op school verschuift van kwalificerend naar ontwikkelingsgericht (formatief handelen).

Essentials 

•  21e eeuwse vaardigheden en executieve functies liggen aan de basis van het goed functioneren in de maatschappij en als persoon. 
•  De kennis wereld veranderd snel en de loopbaan is niet meer zo vast als vroeger. Eigenaarschap op proces i.p.v. inhoud.
•  Ontwikkeling op vaardigheden en executieve functies is generiek en is niet gebonden aan 1 context daarom geschikt voor doorlopende ontwikkeling
• Zelfregulatie/eigenaarschap komt door veel kwaliteitsbesef en oefening

Mirek

Annika

www.rtlnieuws.nl

Grip op een curriculum met hierin 

• Veel meetmomentjes / formatief handelen 
• Vaardigheden, Kennis en Proces doelen opnemen
• Tijd en ruimte om te ontwikkelen
• Summatief en formatief

Koppel je (zichtbaar) vaardigheden of executieve functies aan deze opdracht.

Wat voor doelen zouden er gegeven zijn bij de dans opdracht?

1. Kennis doelen
2. Vaardigheidsdoelen
3. Proces doelen
4. Mix van de drie

Voorwaardelijk

• Docenten en leidinggevenden hebben kennis van het curriculum
• In gezamenlijkheid bereid om hierin te veranderen
• Docenten, studenten en leidinggevenden zijn op de hoogte van de verschillende soorten doelen en willen en kunnen hiermee werken
• Docenten, studenten en leidinggevende worden meegenomen en ontwikkelen zelf een passende manier om formatief te handelen in hun beroepspraktijk
• Docenten, studenten en leidinggevende worden ontwikkelingsgericht benaderd.

Werk volgens deze stappen:

1. Bekijk de einddoelen van je lessenreeks/vak over een periode heen. 
2. Verdeel het doel in kleine stukken (arceer de belangrijke woorden)
3. Maak lesdoelen voor in de periode (sommige leerdoelen gaan in lessen mee)
4. Check of je aan het einde van de periode het hoofddoel hebt gehaald
5. Hou ruimte in de periode voor een "aanklooiles" 

Achterwaarts ontwerpen
Waar kun je beginnen? 

Lesdoelen

"Leerlingen geven voorbeelden van wenselijk gedrag in de klas, waardoor de klassenregels duidelijk worden" (lesdoel)

"leerlingen verwerken 1-3 klassenregels in een voorbeeld"
Bijvoorbeeld de norm jas ophangen en en niet aan in de klas.

De kinderen stellen gezamenlijk klassenregels/gedragsregels voor de groep op.

Think!

Verbind door 4 rechte lijnen te trekken de onderstaande bolletjes.
De resulterende lijn mag echter niet onderbroken zijn: de punt van je pen mag het papier niet verlaten.

Instructie:

Verbind A met A, 
B met B
C met C.

De lijnen mogen elkaar niet kruisen. Alle lijnen, ook de vlakken en de buitenkant van het papier tellen als lijn.

Vouwen en rollen van het papier mag helaas niet

Myrinne van Mierlo

Zie ik je op linkedIn? 

Lesdoelen

"Leerlingen geven voorbeelden van wenselijk gedrag in de klas, waardoor de klassenregels duidelijk worden" (lesdoel)

"leerlingen verwerken 1-3 klassenregels in een voorbeeld"
Bijvoorbeeld de norm jas ophangen en en niet aan in de klas.

De kinderen stellen gezamenlijk klassenregels/gedragsregels voor de groep op.