Cellen Les 6: Osmose en diffusie verdieping

Cellen Les 6: Osmose en diffusie verdieping
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo lwoo, havoLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Cellen Les 6: Osmose en diffusie verdieping

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al?



Eens is staan, oneens blijven zitten.

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je al?

Water kan altijd door de celmembraan heen.

Eens is staan, oneens blijven zitten.

Slide 3 - Diapositive

Wat weet je al?

Diffusie vindt alleen plaats bij stoffen die opgelost zijn in een vloeistof.

Slide 4 - Diapositive

Wat weet je al?

Osmose is diffusie van water.

Slide 5 - Diapositive

Wat weet je al?

Diffusie en osmose kosten beide geen energie.

Slide 6 - Diapositive

Wat weet je al?

Een semipermeabelmembraan laat kleine stoffen wel door, grote stoffen niet.

Slide 7 - Diapositive

Wat weet je al?

Bij gefaciliteerd transport vindt er diffusie plaats.

Slide 8 - Diapositive

Wat weet je al?

Als een oplossing hypertonisch is, zitten er weinig opgeloste stoffen in.

Slide 9 - Diapositive

Wat weet je al?
Osmose
Er is een netto verplaatsing van water van een plek met een hoge osmotische waarden naar een plek met een lage osmotische waarde.

Slide 10 - Diapositive

Wat weet je al?

Een cel kan hypertonisch zijn of hypotonisch, dit is afhankelijk van de omgeving.

Slide 11 - Diapositive

Voorkennis
Bepaal hoeveel je goed hebt. 

Dit zegt iets over je voorkennis. 

Zijn er vragen die nu in je opkomen?

Slide 12 - Diapositive

3 vragen
1. Als ik twee bakken heb waar een semipermeabel membraan tussen zit, wat gebeurt er in deze situatie?

Welke stof verplaatst? Waarom? Eindresultaat?

Slide 13 - Diapositive

3 vragen
2. Een dierlijke cel bevindt zich in een vloeistof met een onbekende osmotische waarde. Na verloop van tijd krimpt de cel. Heeft de vloeistof een hogere of lagere osmotische waarde dan cel? Leg uit hoe je dit weet.

Slide 14 - Diapositive

3 vragen
3. Een plantaardige cel wordt in een vloeistof met een lage osmotische waarde gestopt. Wat gebeurt er met de cel en waarom? 
Geef in je uitleg aan: 
- of de vloeistof hyper-, iso- of hypotoon is tov de cel, 
- hoe we deze situatie waarin de cel zich uiteindelijk in bevindt noemen (turgor, grensplasmolyse of plasmolyse).

Slide 15 - Diapositive

Kennis lesstof
Bepaal hoeveel je goed hebt. 

Dit zegt iets over hoe je de lesstof beheerst.

Slide 16 - Diapositive

Kennis lesstof
Heb je geen of 1 vraag goed?
Je krijgt uitleg over het onderwerp en we oefenen met vragen.

Heb je 2 vragen goed?
Doe mee met de uitleg, ga daarna aan de slag met de  uitgedeelde situaties.

Heb je 3 vragen goed?
Ga gelijk aan de slag met de situaties. Probeer er zoveel mogelijk op te lossen. Volgorde maakt niet uit.

Slide 17 - Diapositive

Verdelen
Iedereen heeft een kleur 
post-it gekregen.

Verdeel deze post-it eerlijk over de twee tafels.

Slide 18 - Diapositive

Diffusie
Iedereen heeft een kleur 
post-it gekregen (6).

1. Verdeel deze post-it eerlijk over de twee tafels.
Dit is diffusie: proces waarbij moleculen zich willekeurig verplaatsen. Resultaat: netto verplaatsing hoog > laag

Slide 19 - Diapositive

Eerlijke verdeling?
De situatie verandert nu als volgt:
Per twee tafels krijg je 4 nieuwe post-its. 3 op de ene tafel, 1 op de andere.

!! Tussen jullie tafels zit een barrière die de grote post-it niet kan passeren.

Maak een eerlijke verdeling. 

Maak er een foto van en stuur die in.


Slide 20 - Diapositive

Osmose
Bij osmose kunnen niet alle moleculen (post-its) zich verplaatsen. 

Plek met meer opgeloste stoffen: hoge osmotische waarde.
Plek met minder opgeloste stoffen: lage osmotische waarde.

Water verplaatst bij osmose van lage osmotische naar hoge osmotische waarde.


Slide 21 - Diapositive