groepsdynamica

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 3

Groepsdynamica

''If you want to go fast, go alone. If you want to go far, go together''.

LEERITEMS

je kent het verschil tussen:

• homogene en heterogene groepen
• taakgerichte en relatiegerichte groepen
• in-en outgroepen 
• groepsnormen en groepsregels

je kent op hoofdlijnen de fasen die een groep doormaakt

je kan het begrip "groepsklimaat" verklaren 

WAT IS EEN GROEP?

je spreekt van een homogene groep als de leden bijvoorbeeld dezelfde hobby hebben

1. juist
2. onjuist

Stelling 

Een heterogene groep biedt integratiemogelijkheden

een formele groep

1. functioneert zelfstandig
2. is zelfsturend
3. heeft een vaste structuur en regels
4. alle antwoorden zijn goed

ontwikkelingsfasen in een groep 

• De wen- of herkenningsfase
• Controle - of machtsfase
• affectiefase
• ontslag- of beëindigingsfase

andere benaming 

Forming – kennismaking en oriëntatie. In deze fase kennen groepsleden elkaar vaak nog niet

Storming – strijd om invloed

Norming – gemeenschappelijke normen

Performing – langere periode van rust en plezierige samenwerking

Adjourning – afscheid nemen.

geef een voorbeeld van een groepsnorm in deze groep

een voorbeeld van "differentiatie beleid" is de indeling PG en somatiek in een verpleeghuis

1. juist
2. onjuist

Gedrag binnen de groep 

• informeel leiderschap 
• Functionele en disfunctionele rollen

wat wordt bedoeld met informeel leiderschap binnen een groep en hoe kan dit ontstaan?

functionele en disfunctionele rollen

Maak hiervoor de opdracht op je stencil

formuleer eventuele vragen 

Therapeutisch milieu

Dit is een sfeer waarbij elke individuele zorgvrager zich prettig voelt in een groep 

Bij indelen van zorgvragers in groepen wordt gelet op: 

• afdelingsdoelstelling (zorgvisie)
• gezamenlijke kenmerken
• differentiatiebeleid
• soort zorg
• culturele achtergrond

2 hoofdpunten

• Het individu in de groep en zijn/haar gedrag
• de begeleider(s) van de groep en zijn/haar interventies

stelling 

een goed groepsklimaat valt of staat bij een overzichtelijke structuur en een vertrouwde sfeer 

hoe bied je structuur binnen een groep?
geef kort een aandachtspunt

Functies van regels

1. het maakt de leefwereld overzichtelijk
2. het bevordert sociaal gedrag
3. het geeft grenzen aan voor gedrag
4. ze bieden houvast
5. ze bieden veiligheid

Stelling 

strakke regels leiden tot hospitalisering 

beïnvloedingsstijlen 

Dit zijn manieren waarop je de zorgvrager in de groep kunt "beïnvloeden".

zo kan je bewerkstelligen dat de zorgvrager zich prettiger voelt (en zich aan de regels houdt)

(maak de opdracht van het stencil) 

diverse begeleidersrollen 

• verzorger
• vervangende ouder
• onderhandelaar
• adviseur en coach
• belangenbehartiger

diverse wetgeving 

wet verplichte geestelijke gezondheidszorg(Wvggz)

hierin wordt verplichte zorg vanwege een psychische aandoening geregeld

Wet Zorg en Dwang

hierin word onvrijwillige zorg voor mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een pg aandoening geregeld