TALENT 6 : Thema 3, les 4 : Oorlogswinter (inhoudsvragen)

TALENT 6 : Thema 3, les 4 : Oorlogswinter (inhoudsvragen)
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

TALENT 6 : Thema 3, les 4 : Oorlogswinter (inhoudsvragen)

Slide 1 - Diapositive

KARAKTER VAN MICHIEL
verlegen
gedreven
moedig
tam
tevreden
opstandig
achterdochtig
slim
strijdlustig

Slide 2 - Question de remorquage

Michiel is de hoofdpersonage.
Wie zijn de nevenpersonages ?

Slide 3 - Question ouverte

LETTERLIJK
FIGUURLIJK
Ik heb hoofdpijn. 
Mijn hoofd ontploft ! 
Ze kookt van woede.
Ze is woedend. 

Slide 4 - Question de remorquage

Zoek in de tekst 1 zin, waarbij figuurlijke taal wordt gebruikt. Noteer het deel hieronder.

Slide 5 - Question ouverte

Zoek de twee betekenissen op van het woord 'vorderen' op in het woordenboek. Welke betekenis wordt gebruikt in het verhaal, zet er een kruisje achter.

Slide 6 - Question ouverte

Wat is de bedoeling van de tekst ?
A
Leren over WO II
B
Ontspannen, genieten van het verhaal
C
Feiten uit het leven van Michiel te weten komen
D
Feiten over de WO II te weten komen

Slide 7 - Quiz

Krijgt het verhaal een plotse wending ? Gebeurt er iets verrassends ? Leg uit.

Slide 8 - Question ouverte

Uit hoeveel lijnen bestaat dit fragment ?

Slide 9 - Question ouverte

De tekst is                        . 
kort
lang

Slide 10 - Question de remorquage

Waar vind je de informatie voor de samenvatting ?
A
in de titel
B
in de hele tekst
C
in de inleiding
D
in het slot

Slide 11 - Quiz

Hoe wordt de informatie meegedeeld ?
A
vanuit de eerste persoon enkelvoud
B
vanuit de derde persoon enkelvoud
C
vanuit de tweede persoon enkelvoud
D
vanuit de eerste persoon meervoud

Slide 12 - Quiz

Kenmerken van de titel van het fragement zijn ....
moet de lezer nieuwsgierig maken
moet mooi zijn
moet geen volledige zin zijn
mag niet te veel informatie over de inhoud weergeven

Slide 13 - Question de remorquage

Wat is het doel van het verhaal ?
A
laten ontspannen en genieten
B
een manier geven om vrije tijd in te vullen
C
snel en zo volledig mogelijk informeren over wat er in de wereld gebeurt of gebeurde
D
de gevoelens leren kennen van anderen in de wereld

Slide 14 - Quiz