Debatteren: ballondebat les 1

Toets periode 2
Debatteren (BT15)
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Toets periode 2
Debatteren (BT15)

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
Lezen +/- 10 minuten
Presentaties check
Basis debatteren
Ballondebat
Doel:
Je kunt een standpunt en argumenten herkennen en gebruiken.

Slide 2 - Diapositive

We gaan nu 10 minuten lezen
timer
10:00

Slide 3 - Diapositive

Wat is een debat?

Slide 4 - Carte mentale

Wat is het verschil tussen een
discussie en een debat?

Slide 5 - Carte mentale

Verschillende soorten debatten
- ballondebat
- plenair debat
- lagerhuisdebat

Slide 6 - Diapositive

Eindproduct
Lagerhuisdebat (15 BTx)
1. Opzetbeurt (voorstanders ~3 min., tegenstanders ~2 min.)
2. Debat (10 minuten)
3. Nawerk: juryoverleg, becijfering, nabespreken


Slide 7 - Diapositive

Ballondebat

Slide 8 - Diapositive

Ballondebat!
4 (beroemde) mensen zitten in een luchtballon. Deze ballon is helaas lek en zal gaan neerstorten.  We spelen 2 rondes.
Ronde 1: 1 persoon moet eruit om de ballon de lucht in te krijgen.
Ronde 2: 1 Persoon mag in de luchtballon blijven. De anderen moeten eruit.

Opdracht:
Bedenk welke beroemd persoon jij wil zijn en hoe je het publiek zou kunnen overtuigen waarom jij in de luchtballon moet blijven.
timer
2:00

Slide 9 - Diapositive

Wie zijn de Bekende ballonvaarders?

Slide 10 - Diapositive

Ronde 1

Elke ballonvaarder moet in een speech van maximaal één minuut aangeven waarom hij beslist in de ballon moet blijven zitten.

Het publiek heeft de belangrijkste functie. Zij bepaalt wie mag blijven!

Slide 11 - Diapositive

Jury
Welke argumenten voor heb je gehoord?
Wat vond je goed?
Wat kan er beter?

Wie heeft zijn standpunt het minst goed beargumenteerd en wordt door de anderen de ballon uitgegooid?

Slide 12 - Diapositive

Ronde 1: wie gaat eruit?

Slide 13 - Question ouverte

Ronde 2
Elke ballonvaarder moet dit keer een speech houden over waarom de andere twee beslist niet in de ballon mogen blijven zitten – waarom zij misbaar zijn! 
Bedenk goede argumenten waarom de andere BN'ers eruit moeten. 

Slide 14 - Diapositive

Ronde 2: Wie overtuigt het best en mag blijven?

Slide 15 - Question ouverte

Beoordeel deze les Nederlands
met een overdrijving (hyperbool).

Slide 16 - Question ouverte