Debat les 1: Basis

Voorbereiding
Debat
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Voorbereiding
Debat

Slide 1 - Diapositive

Debat
Wat is een debat?

De basis

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Doel en rollen
Een debat is een woordstrijd tussen twee partijen over een stelling.  De ene partij neemt een positief standpunt in , de andere partij neemt een negatief standpunt in  over een bepaalde mening of kwestie. Je probeert de ander en het publiek te overgtuigen van jouw mening.

Om te debatteren moet je kunnen argumenteren!

Slide 4 - Diapositive

Je moet:
- Je eigen standpunt kunnen verdedigen
- Het standpunt van de tegenpartij kunnen aanvallen
- Kritisch kunnen luisteren en oordelen
- Snel kunnen reageren op wat de tegenpartij naar voren brengt
- Goed kunnen presenteren

Slide 5 - Diapositive

Het publiek bepaalt

- Het publiek moet overtuigd worden en bepaalt wie de winnaar is van het debat.


Dit doen zij door te letten op...

Slide 6 - Diapositive

de opbouw van de argumentatie
- Wat is het standpunt van beide partijen en is deze duidelijk verwoord?
- Welke argumenten zijn genoemd?
- Zijn de teams ingegaan op elkaars argumenten?
- Hebben de deelnemers zich aan de regels gehouden?
en...

Slide 7 - Diapositive

en...
De inhoud van de argumenten
- Welke argumenten zijn het sterkst?
- Welke argumenten zijn weerlegd door de tegenpartij?

De presentatie van de individuele deelnemer
- Taalgebruik
- Stemgebruik
- Enthousiasme
- Oogcontact

Slide 8 - Diapositive

Voorbereiding

Vóór je gaat debatteren moet je je eerst voorbereiden op het onderwerp.


Je gaat gedurende 1 les informatie verzamelen over een bepaalde stelling en bedenkt hierbij meerdere argumenten vóór en tegen de stelling.

Slide 9 - Diapositive

Ballondebat!
4 (beroemde) mensen zitten in een luchtballon. Deze ballon is helaas lek en zal gaan neerstorten.  We spelen 2 rondes.
Ronde 1: 1 persoon moet eruit om de ballon de lucht in te krijgen
Ronde 2: 1 Persoon mag in de luchtballon blijven. De anderen moeten eruit.

Slide 10 - Diapositive

Ronde 1
Bedenk wie je bent.

Elke ballonvaarder moet in een speech van maximaal één minuut aangeven waarom hij beslist in de ballon moet blijven zitten. Het publiek heeft de belangrijkste functie. Zij bepaalt wie mag blijven!

Slide 11 - Diapositive

jury
Welke argumenten voor heb je gehoord?
Wat vond je goed?
Wat kan er beter?

Wie heeft zijn standpunt het minst goed beargumenteerd en wordt door de anderen de ballon uitgegooid?

Slide 12 - Diapositive

Ronde 2
De ballon maakt snel hoogte en de ballonvaarders gaan verder met hun tocht. Maar het gaat wéér mis! De ballon dreigt tegen een ander hoog gebouw aan te vliegen. Deze keer kan slechts één iemand blijven.

Elke ballonvaarder moet dit keer een speech houden over waarom de andere twee beslist niet in de ballon mogen blijven zitten – waarom zij misbaar zijn! Sluit af met applaus voor de winnaar van het ballondebat!

Slide 13 - Diapositive

jury
Welke argumenten voor heb je gehoord?
Wat vond je goed?
Wat kan er beter?

Wie heeft zijn standpunt het best beargumenteerd en mag alle anderen uit de ballon gooien?

Slide 14 - Diapositive

Nog een keer!
met:
Voorwerpen uit de keuken?
Dieren?
Stripfiguren?

Slide 15 - Diapositive

Samenvattend
Bij een debat heb je 2 partijen en een jury die overtuigd moet worden.
Een debat verloopt volgens bepaalde afspraken.
Eigen argumentatie, ingaan op de argumentatie van de tegenpartij,  en presentatie zijn belangrijk.

Slide 16 - Diapositive