3 Keuzedeel Internationaal 1 ZwC les3

 Wat is cultuur?
Keuzedeel Internationaal 1:
overbruggen (interculturele) diversiteit
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
Keuzedeel INTMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

 Wat is cultuur?
Keuzedeel Internationaal 1:
overbruggen (interculturele) diversiteit

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je geleerd over lichaamstaal?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesweek 3
  • Referentiekader
  • Wat is normaal?
  • Hoe wordt jouw mening over cultuur gevormd?

Slide 3 - Diapositive

Referentiekader > Doel van de opdracht hierbij is om studenten bewust te maken van wat het begrip ‘referentiekader’ inhoudt en hoe bepalend je eigen achtergrond is voor het kijken naar en beoordelen van cultuurverschillen.
Waar denk je aan
het woord familiediner?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Theorie
Hoe komt het dat niet iedereen hetzelfde beeld heeft bij dit woord?
-> Jouw beeld bouw jij op door ervaringen in relatie met mensen om je heen. Deze ervaringen vormen je referentiekader.


Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Referentiekader
Je eigen cultuur, je kennis en je ervaringen zijn het uitgangspunt waarmee je naar de wereld kijkt. Het is je referentiekader.

Slide 6 - Diapositive

Met dit referentiekader vergelijk je alles wat je ziet. 
Zo bepaal je wat normaal is en wat niet. 

Je referentiekader bepaalt niet alleen hoe je over iets denkt maar ook hoe je op iets reageert. Welk gedrag je laat zien.

Mensen met een andere cultuur hebben een ander referentiekader. Zij ervaren de wereld daardoor anders en vinden andere dingen normaal dan jij. Hun referentiekader zorgt er ook voor dat ze anders reageren op situaties.
Drie factoren die ons referentiekader beïnvloeden
1. Onze voorgeschiedenis 
2. Ons zelfbeeld, hoe we naar ons zelf kijken
3. Onze verwachtingen.

- Wat denk je dat je van iemand moet weten om zich goed in hem/ haar te kunnen inleven?
- Op welke manier kan je meer te weten komen over het referentiekader van je medestudenten?


Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie factoren die ons referentiekader beïnvloeden
1. Onze voorgeschiedenis 
2. Ons zelfbeeld, hoe we naar ons zelf kijken
3. Onze verwachtingen.

- Wat denk je dat je van iemand moet weten om zich goed in hem/ haar te kunnen inleven?
- Op welke manier kan je meer te weten komen over het referentiekader van (bijvoorbeeld de kinderen waarmee je stage loopt)?


Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe kijk jij naar cultuur?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je ouders in huis nemen als ze "bejaard" zijn, zodat zij kunnen helpen met koken en kunnen oppassen op de jonge kinderen
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Meisjes in minirokjes en korte topjes
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Honden en katten als huisdier hebben
😒🙁😐🙂😃

Slide 12 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Gearrangeerde huwelijken
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrouwen passen op de kinderen en zorgen voor het huishouden
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe wordt jouw mening over andere culturen beïnvloed?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
All you can learn:
Maken:
Opdrachten Hoofdstuk 2:
- Kijkje in de keuken (Wat eten we?)
- Leer van elkaar (eerste deel zelf, tweede deel doen we samen)


Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Luisteren in referentiekaders

Slide 19 - Diapositive

Opdracht: 
- Verhaal voorlezen
- Vragen stellen
- Antwoorden bespreken