4.7 spieren

4.7 leerdoelen
Ik kan
  • uitleggen welke soorten spierweefsel er bestaan
  • uitleggen welk zenuwstelsel betrokken is bij de aansturing van de verschillende soorten spierweefsel
  • uitleggen hoe een spier is opgebouwd en functioneert
  • uitleggen wat antagonisten zijn en voorbeelden in mijn lichaam kunnen noemen

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

4.7 leerdoelen
Ik kan
  • uitleggen welke soorten spierweefsel er bestaan
  • uitleggen welk zenuwstelsel betrokken is bij de aansturing van de verschillende soorten spierweefsel
  • uitleggen hoe een spier is opgebouwd en functioneert
  • uitleggen wat antagonisten zijn en voorbeelden in mijn lichaam kunnen noemen

Slide 1 - Diapositive

succescriteria

  • je kunt de definitie van de volgende begrippen uitleggen: animale en autonome zenuwstelsel, dwarsgestreept en glad spierweefsel, spiercellen = spiervezels, actine en myosine, motorische eenheid, spierspanning, antagonisten, snelle en trage spiervezels

  • je kunt de de leerdoelen aan een ander uitleggen
  • je kunt de (examen)vragen over dit onderwerp goed (bijna foutloos) maken

Slide 2 - Diapositive

route
route A - je doet met mij mee, daarna opgaven maken

route B - zelfstandig (iets moeilijker)
1. lees 4.7 goed door
2. zorg dat je de bouw van een spier begrijpt
3. bekijk de video aan het einde van deze lessonup
4. maak de vragen en kijk ze na

Slide 3 - Diapositive

spierweefsel
dwarsgestreept
- skeletspieren
- animale zenuwstelsel
- kort en snel bewegen

glad
- organen die niet aan botten vastzitten
- autonome zenuwstelsel
- traag maar langdurig

Slide 4 - Diapositive

spierweefsel
spieren kunnen alleen samentrekken (korter en dikker)

skeletspieren zitten met pezen vast aan botten

hartspierweefsel is een combi van de beste eigenschappen van beiden

Slide 5 - Diapositive

bouw spier
spier (+pees) - spierbundel - spiervezel = spiercel - contractiele eenheid - actine en myosine

bindweefsel als bescherming

spiervezel = meerdere spiercellen samengesmolten

Slide 6 - Diapositive

bouw spier
in spiercellen liggen contractiele eenheden

twee soorten eiwitdraden (actine en myosine), die over elkaar heen schuiven waardoor een spier samentrekt (kost ATP)

Slide 7 - Diapositive

aansturing 
axon v/e motorische neuron prikkelt de motorische eindplaat van een spier (contactpunt)

hierdoor worden de spiervezels geprikkeld om samen te trekken (actine en myosine schuiven in elkaar)

alles of niets (te weinig impulsen = geen contractie)


Slide 8 - Diapositive

aansturing 
des te minder spiervezels aan één motorische eenheid, des te preciezer de beweging die je kunt maken

spierspanning - een aantal motorische eenheden zijn altijd gespannen, hierdoor blijf je in evenwicht/ gaat je gezicht niet hangen


Slide 9 - Diapositive

antagonisten
tegengestelde werking maar wel tegelijkertijd

een spier heeft een andere spier nodig om te kunnen ontspannen

als duo werken ze samen


Slide 10 - Diapositive

aan de slag
  • maak de begrippenlijst van 4.7
  • maak de vragen van 4.7 en kijk ze na
  • bekijk de video op de volgende pagina


Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo