Werkwoordspelling

Hoe vind je de persoonsvorm?
1 / 14
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 1 - Question ouverte

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Slide 2 - Question ouverte

Hoe vind je het lijdend voorwerp?

Slide 3 - Question ouverte

Hoe vind je het onderwerp?

Slide 4 - Question ouverte

Persoonsvorm: 
1. De zin in een vraagzin zetten. 
2. De zin in een andere tijd zetten.
3. Het getal veranderen.

Onderwerp: 
Wie/wat + pv?
Werkwoordelijk gezegde:
Alle werkwoorden in een zin. De pv hoort hier dus ook bij!

Lijdend voorwerp
Wie/wat + wg + ow
Persoonsvorm: 
1. De zin in een vraagzin zetten. 
2. De zin in een andere tijd zetten.
3. Het getal veranderen.

Onderwerp: 
Wie/wat + pv?

Werkwoordelijk gezegde:
Alle werkwoorden in een zin. De pv hoort hier dus ook bij!

Lijdend voorwerp:
Wie/wat + wg + ow 

Slide 5 - Diapositive

Heeft de klusjesman eindelijk de badkamer betegeld? (pv, ow, wg, lv)

Slide 6 - Question ouverte

Na de training gaf de leiding aan alle sporters een blikje frisdrank. (pv, ow, wg, lv)

Slide 7 - Question ouverte

vriezen – tt Volgens de weerman [...] het nu in Moskou.

Slide 8 - Question ouverte

stoten – vt Een bezoeker […] een vaas om in het museum.

Slide 9 - Question ouverte

Vrijdagavond wil Iris haar veertiende verjaardag uitgebreid vieren. (pv, ow, wg, lv)

Slide 10 - Question ouverte

Een onvoorzichtige bezoeker had een mingvaas omgestoten in het museum. (pv, ow, wg, lv)

Slide 11 - Question ouverte

(reizen) Thomas heeft een jaar door Europa […].

Slide 12 - Question ouverte

(kussen) Aan het eind van de film hebben ze elkaar […].

Slide 13 - Question ouverte

Hoeveel vertrouwen heb je in dit onderdeel voor op de toets?
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Sondage