Zww en hww



Zww en hww
zelfstandig werkwoord (zww) en hulpwerkwoord (hww)
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon



Zww en hww
zelfstandig werkwoord (zww) en hulpwerkwoord (hww)

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
Aan het eind van de les kan ik het verschil tussen een zelfstandig werkwoord en een hulpwerkwoord uitleggen en deze woordsoorten correct benoemen in oefenopgaven.

Slide 2 - Diapositive

Programma
1. Voorkennis activeren -> inloggen in LessonUp (https://lessonup.app/) 
2. Uitleg
3. Samen oefenen
4. Opdrachten maken
5. Nakijken
6. Terugblik

Slide 3 - Diapositive

Wat komt er in je op als je aan werkwoorden denkt?

Slide 4 - Carte mentale

Zelfstandig werkwoord (zww)
- Een werkwoord dat aangeeft dat er wat gedaan wordt. Het wordt ook wel het doe-woord genoemd. 
- Geeft een handeling aan, zoals ‘lopen’, ‘maken’ of ‘houden’. 
- Het is het belangrijkste werkwoord dat in de zin staat. 

Zij gaat wandelen → zww = ?

Slide 5 - Diapositive

Hulpwerkwoord (hww)
- Ondersteunt het zelfstandig werkwoord.
- Het geeft geen handeling aan. 

Ik wil een boek lezen → zww = ?, hww = ?
Ik zou dat anders gedaan hebben → zww = ?, hww = ?

Slide 6 - Diapositive

Zelfstandig werkwoord vs. hulpwerkwoord
- Zww: kan alleen in de zin staan. 
- Hww: kun je weglaten. Heeft geen inhoudelijke functie.
- Het hulpwerkwoord komt dus altijd voor in combinatie met een ander werkwoord. 

Ik ben gisteren bij mijn oma op bezoek gegaan.
→ Hoe maak je hier een zin van met alleen het zww? 

Slide 7 - Diapositive

Bevat alleen een zww

Bevat een zww én een hww

Wij spelen in de tuin.
Zij lacht altijd heel hard.
Zij kan goed zingen.

Ik heb een boek gelezen.
Jij moet harder werken.

Hij zal morgen naar school gaan.
De bloemen bloeien in de lente.

Slide 8 - Question de remorquage

Opdrachten maken (+/- 7 min)
- Je mag op het blad schrijven 
- Samenwerken
- Vraag? Steek je hand op



Slide 9 - Diapositive

Nakijken (+/- 5 min)

- Wissel het blad met je buur en kijk elkaars werk na
- De antwoorden komen op het bord te staan

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Aan het eind van de les kan ik het verschil tussen een zelfstandig werkwoord en een hulpwerkwoord uitleggen en deze woordsoorten correct benoemen in oefenopgaven. → Lesdoel gehaald? Wat is het verschil tussen een zww en een hww? Wat ging goed? Wat kan beter? Algemene opmerkingen?

Slide 12 - Question ouverte