Startrekenen 1F Domein 1 H6 Breuken deel 4

BREUKEN
Domein 1 getallen
Breuken deel 4
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

BREUKEN
Domein 1 getallen
Breuken deel 4

Slide 1 - Diapositive

2/4 + 1/4 =

Slide 2 - Question ouverte

3/5 + 3/5 =

Slide 3 - Question ouverte

Wat zijn gelijknamige breuken ook alweer?

Slide 4 - Question ouverte

Vereenvoudigen
De eenvoudigste vorm is een breuk waarbij de teller en de noemer zo klein mogelijke zijn.

Met breuken vereenvoudigen wordt het zo klein mogelijk maken van breuken bedoeld.

Slide 5 - Diapositive

DE GGD (grootste gemeenschappelijk deler).
- Kijk goed naar de teller en de noemer !
- Door welk getal kan je  zowel de telller als de noemer delen?

Hoe ging dat ook alweer?

Slide 6 - Diapositive

Vereenvoudig 5/10

Slide 7 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van een breuk die vereenvoudigd is!

Slide 8 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van een + som met breuken .

Slide 9 - Question ouverte

Wat leren we vandaag?
Ik kan ongelijknamige breuken optellen en aftrekken en daarna vereenvoudigen.

1 1/6 + 1/7 = 1 7/42 + 6/42 = 1 13/42


Slide 10 - Diapositive

Ongelijknamige breuken bestaan uit delen die niet even groot zijn. Je kunt ze daarom niet zomaar bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken.

Slide 11 - Diapositive

Wat ga jij vandaag leren?

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

We gaan nu oefenen!
Gebruik het wisbord !!!

Slide 17 - Diapositive

Wat is het stappenplan als ik
2/3 + 1/4 wil uitrekenen?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe doe ik dat?
Maak de breuken gelijknamig.
1. vermenigvuldig de noemers
met elkaar
2. vermenigvuldig de noemer van A met de teller van B. Dit wordt de nieuwe teller van B.
3. vermenigvuldig de noemer van B met de teller van A Dit wordt de nieuwe teller van A.
A
B
4. Reken nu de som uit.
5. Kijk of je de uitkomst kunt vereenvoudigen

Slide 19 - Diapositive

Nu samen?
Maak de breuken gelijknamig.
1. vermenigvuldig de noemers
met elkaar
2. vermenigvuldig de noemer van A met de teller van B. Dit wordt de nieuwe teller van B.
3. vermenigvuldig de noemer van B met de teller van A Dit wordt de nieuwe teller van A.

Slide 20 - Diapositive

Nu jullie?
Maak de breuken gelijknamig.
1. vermenigvuldig de noemers
met elkaar
2. vermenigvuldig de noemer van A met de teller van B. Dit wordt de nieuwe teller van B.
3. vermenigvuldig de noemer van B met de teller van A Dit wordt de nieuwe teller van A.

Slide 21 - Diapositive

Nu jij?
Maak de breuken gelijknamig.
1. vermenigvuldig de noemers
met elkaar
2. vermenigvuldig de noemer van A met de teller van B. Dit wordt de nieuwe teller van B.
3. vermenigvuldig de noemer van B met de teller van A Dit wordt de nieuwe teller van A.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Juf doet het voor

Slide 24 - Diapositive

Nu jullie
Wat is de som?
Maak ze .
Reken de som uit.
Kijk of je kunt vereenvoudigen (de GGD).




Slide 25 - Diapositive

Nu jullie
Wat zijn de stappen?

Slide 26 - Diapositive

Nu jij
Denk aan alle stappen!

Slide 27 - Diapositive

aan het werk
 Deel 7b, blok 3, week 1
Les 2

Slide 28 - Diapositive